Art. 05a Bvr vervolgaanvraag asiel (per 15-01-2014) (OUD BELEID)
Dit beleid is van toepassing op toevoegingen die zijn aangevraagd vóór 1 september 2022.
Per 1-1-2022 geldt de anticiperende beleidsregel.
Artikel 5a
Benodigde stukken / informatie
Zie werkinstructie vaststellen art. 28 Bvr en
- (digitaal) ondertekend declaratieformulier voor Asiel vervolgaanvragen
- kopie van het volledige besluit van de IND
- heeft IND geen schriftelijk besluit genomen op de aanvraag, dan duidelijke toelichting omtrent reden hiervan en nadere uitleg van de verrichte werkzaamheden
Vaststelbeleid
Bij toevoegingen verstrekt onder de codes V070, V071 en V072 pas je voor de vaststelling de codes aan. Je bepaalt aan de hand van deze werkinstructie welke vaststelcode van toepassing is.
V071 – voorlopige voorziening naast beroep vervolgaanvraag asiel
V072 – voorlopige voorziening naast hoger beroep vervolgaanvraag asiel
V073 – voornemen vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 5 Bvr, eerste volzin)
Je codeert de zaak op V073 en kent 11 punten toe aan een procedure voor een tweede of volgende aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel.
V074 – voornemen vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 5 Bvr, tweede volzin)
Je codeert de zaak op V074 en stelt 5 punten vast, als in de beschikking van de IND staat dat de tweede of volgende asielprocedure is beëindigd door een:
- afwijzende beslissing;
- beslissing op grond van artikel 30, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (bijvoorbeeld Dublin);
- beslissing op grond van artikel 30a, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000;
- beslissing op grond van artikel 30b, eerste lid, onder b, van de Vreemdelingenwet 2000.
V075 – gegrond beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5 Bvr)
Wordt het beroep vervolgaanvraag asiel gegrond verklaard, dan codeer je de zaak op V075 en stel je de aanvraag vast op grond van artikel 5 Bvr voor 10 punten.
V076 – beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 6 Bvr)
Je codeert de zaak op V076 en stelt 5 punten vast, als de rechtbank:
- zich onbevoegd verklaard;
- het beroep niet-ontvankelijk acht;
- het beroep ongegrond acht.
V077 - hoger beroep eisend: gegrond of verwerend: ongegrond (art. 5 Bvr)
Je codeert de zaak op V077 en stelt 6 punten vast, als:
- de Minister van Veiligheid en Justitie hoger beroep heeft ingesteld en dit ongegrond wordt verklaard;
- de vreemdeling hoger beroep heeft ingesteld en dit gegrond wordt verklaard.
V078 – hoger beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 7 sub a, b en c Bvr)
Je codeert de zaak op V078 en stelt 4 punten vast, als:
- de uitspraak die strekt tot een onbevoegdverklaring van de rechtbank, een niet ontvankelijkverklaring dan wel ongegrondverklaring van het beroep, wordt bevestigd;
- de Minister van Veiligheid en Justitie hoger beroep heeft ingesteld tegen de gegrondverklaring van het beroep en deze uitspraak wordt vernietigd;
- de vreemdeling hoger beroep heeft ingesteld tegen de gegrondverklaring van het beroep en deze uitspraak wordt bevestigd.
Verificatie V070 – V078
De gedeclareerde werkzaamheden verifieer je aan de hand van de beslissing van de IND of rechterlijke uitspraak. Bevat de beslissing onvoldoende informatie of heeft de IND geen schriftelijk besluit genomen, dan kun je contact opnemen met de collega’s van Legal Aid om de declaratie te verifiëren.
Samenhang beroep/voorlopige voorziening
Werkinstructie artikel 11 Bvr is van toepassing.
Herstelbetalingen na gegrond (hoger) beroep
Bij een gegrond (hoger) beroep, waarbij de rechtzoekende alsnog in het gelijk wordt gesteld, kunnen de vergoedingen van de eerder verstrekte toevoegingen worden gecorrigeerd. Dit kan ongeacht de uitkomst van de herlevingsprocedure. De advocaat kan via een mutatie verzoeken om een herstelbetaling van het aantal punten dat gelijk is aan een gegronde zaak. De vaststelcode blijft gelijk aan de uitkomst van de procedure. Je stelt via een CA-berekening een aanvullende vergoeding vast.
Voorbeeld:
Een opvolgende asielaanvraag is door de IND afgewezen en de vergoeding is vastgesteld op V074 (5 punten). Er volgt een gegrondverklaring van het beroep en de zaak wordt terugverwezen naar de IND. De advocaat dient voor het einde van de herlevingsprocedure al een mutatieverzoek in. Je stelt de vergoeding via een CA-berekening met vaststelcode V074 vast op 11 punten. Als de IND de opvolgende aanvraag uiteindelijk inwilligt, wordt de vergoeding definitief vastgesteld op vaststelcode V073 met 11 punten.
Extra urengrens
Voor het berekenen van de tijdgrens vermenigvuldig je het aantal punten dat hoort bij de zaakcode met twee. Bepalend is dus het aantal punten dat aan de toevoegcode is gekoppeld.
Voorbeelden tijdgrens:
Procedure V070 (vaststelcodes V073-V074): 2 x 11 punten = 22 uur.
Procedure V071 (vaststelcode V071-V075-V076): 2 x 10 punten = 20 uur.
Procedure V072 (Vaststelcode V077-V078): 2 x 6 punten = 12 uur.
Je stelt de forfaitaire vergoeding vast op de vaststelcode V073, V075, V077. Blijkt bij einddeclaratie van de zaak dat de vaststelcode V074, V076 of V078 van toepassing is, dan muteer je de vergoeding.
Wijziging zaakcode
Bij declaratie kan blijken dat de advocaat werkzaamheden heeft verricht die onder een andere zaakcode vallen dan op de toevoeging staat. In dat geval beoordeel je aan de hand van de werkinstructie of je de zaakcode kunt aanpassen. Bij het toekennen van de zaakcode beoordeel je de aard van het rechtsprobleem in combinatie met de verrichte werkzaamheden.
Advies van proceduretoevoegingen
Toevoegingen voor vervolgaanvragen asiel worden voor het voeren van een procedure verstrekt, deze kun je niet zonder meer voor advies vaststellen. Je beoordeelt eerst de verrichte werkzaamheden.
Blijkt bijvoorbeeld dat de procedure niet is doorgezet omdat er geen nova zijn, dan stel je de vergoeding op NUL, met de volgende tekst:
‘U heeft een aanvraag voor een vergoeding ingediend. De Raad wijst uw aanvraag af nu blijkt dat er geen sprake is van een toevoegwaardig belang, omdat er geen sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden. (Art. 12 lid 2 sub a Wrb; art. 3 Brt)’.
Voortijdig beëindigde procedures
Als een procedure voortijdig is beëindigd, dan pas je de regeling voor de advieszaken toe.
Kennelijke afdoening
[Artikel 5 lid 2 en artikel 19 lid 2 Bvr buiten toepassing per 15 februari 2014]
Achtergrondinformatie
Nota van toelichting bij wijziging Bvr 2000 (Stb. 2013, nr.585).
Wet- en regelgeving
Versie |
1.09
|
---|---|
Gewijzigd op | |
Punten |
Inhoudsopgave
- Dit beleid is van toepassing op toevoegingen die zijn aangevraagd vóór 1 september 2022.
- Per 1-1-2022 geldt de anticiperende beleidsregel.
- Artikel 5a
- Benodigde stukken / informatie
- Vaststelbeleid
- V071 – voorlopige voorziening naast beroep vervolgaanvraag asiel
- V072 – voorlopige voorziening naast hoger beroep vervolgaanvraag asiel
- V073 – voornemen vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 5 Bvr, eerste volzin)
- V074 – voornemen vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 5 Bvr, tweede volzin)
- V075 – gegrond beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5 Bvr)
- V076 – beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 6 Bvr)
- V077 - hoger beroep eisend: gegrond of verwerend: ongegrond (art. 5 Bvr)
- V078 – hoger beroep vervolgaanvraag asiel (art. 5a lid 7 sub a, b en c Bvr)
- Verificatie V070 – V078
- Samenhang beroep/voorlopige voorziening
- Herstelbetalingen na gegrond (hoger) beroep
- Extra urengrens
- Wijziging zaakcode
- Advies van proceduretoevoegingen
- Voortijdig beëindigde procedures
- Kennelijke afdoening
- Achtergrondinformatie
- Wet- en regelgeving