Art. 32 Bvr Proceskostenvergoeding / Voorschot
Artikel 32 Bvr
Benodigde stukken / informatie
Zie werkinstructie vaststellen art. 28 Bvr.
Vaststelbeleid
Proceskostenvergoeding aan advocaat
Op grond van artikel 32 lid 3 Bvr breng je de proceskostenvergoeding in mindering op de vaststelling. Dat geldt voor kostenveroordelingen in alle zaken, zowel civielrechtelijk, bestuursrechtelijk als strafrechtelijk. Dit zijn de kosten van verleende rechtsbijstand (het salaris gemachtigde en/of de eigen bijdrage die wordt vergoed door de wederpartij). Deze vergoeding komt altijd de advocaat toe. Op het aanvraagformulier van de toevoeging tekent de rechtzoekende voor de overdracht van het recht op een eventuele vergoeding. Ook als de proceskostenvergoeding hoger is dan de toevoegvergoeding moet de toevoeging ter declaratie worden ingediend. Is de toevoegvergoeding lager dan de proceskostenvergoeding dan stel je de toevoegvergoeding vast en volgt een DEC-besluit zonder uitbetaling.
Vergoeding van overige (buitengerechtelijke) kosten breng je niet in mindering op de vaststelling. Bijvoorbeeld vergoeding van griffierecht en deurwaarderskosten. Zie verder ook 'Vergoeding kosten rechtsbijstand door derden' verderop in deze werkinstructie.
Nasalaris
De rechter kan naast een proceskostenvergoeding ook een bedrag aan nasalaris toewijzen. Het nasalaris tel je op bij de proceskostenvergoeding.
Het bedrag aan nasalaris kan worden verhoogd als de wederpartij niet vrijwillig aan de uitspraak voldoet. Deze verhoging is dus alleen inbaar als de veroordeelde partij de gestelde voorwaarden niet naleeft. De advocaat geeft bij de declaratie het bedrag op wat daadwerkelijk is verbeurd.
Uitspraak uitsluitend over proceskosten
Zie werkinstructie artikel 5 Bvr voor de toepasselijke vergoeding.
Vergoeding kosten rechtsbijstand door derden
Analoog aan de proceskostenvergoeding breng je ook een vergoeding kosten rechtsbijstand door derden in mindering op de vaststelling. Worden de advocaatkosten volledig voldaan door een derde, dan trek je de toevoeging in op grond van artikel 34g lid 1 sub a Wrb. Je gebruikt daarvoor tekstcode 292 (verhaal kosten derde). Is sprake van een tegemoetkoming in de kosten, dan breng je deze in mindering op de vaststelling. NB. de vergoeding is op basis van commercieel tarief of op basis van gefinancierde rechtsbijstand. Het is niet mogelijk om dit te combineren.
Als je de toevoeging intrekt, dan wijs je het verzoek vergoeding af. Je gebruikt hiervoor de volgende tekst:
"U heeft een aanvraag voor een vergoeding ingediend. De Raad wijst uw verzoek af, omdat de toevoeging wordt ingetrokken op grond van artikel 34g lid 1 sub a Wrb."
Bijvoorbeeld, als er naast de schadevergoeding (Z160) ook een vergoeding van kosten van rechtsbijstand wordt toegekend, dan breng je deze kosten in mindering op de vaststelling.
Eigen bijdrage
Van een proceskostenvergoeding en vergoeding kosten rechtsbijstand door derden betaalt de advocaat aan zijn cliënt de gemaakte kosten ( eigen bijdrage en griffierecht) terug. Voorbeeld verrekening eigen bijdrage en proceskostenvergoeding op vaststelling (pdf, 30 kB).
Voor zowel bestuurs- als civielrecht geldt
Proceskostenvergoeding aan advocaat: beslissing onherroepelijk
Als de beslissing waarin ook een proceskostenvergoeding is uitgesproken onherroepelijk is, kan de advocaat de voor deze zaak verstrekte toevoeging(en) declareren.
Declareert de advocaat vóórdat de beslissing onherroepelijk is, dan breng je de proceskostenvergoeding in mindering. Bijvoorbeeld wanneer de rechter de zaak terugverwijst naar de lagere instantie om een definitieve beslissing te nemen. Als later blijkt dat de proceskostenvergoeding ten onrechte in mindering is gebracht, kan de advocaat bij declaratie van de toevoeging verzoeken om mutatie van de vaststelling in eerdere aanleg.
Proceskosten achteraf
Zijn de uitspraken in eerste aanleg en in het hoger beroep tegengesteld, dan is verrekening van de vergoeding nodig:
- Eerste aanleg gewonnen, hoger beroep verloren. De verrekening van de proceskostenvergoeding in eerste aanleg blijkt achteraf onterecht. De advocaat kan mutatie vragen van de vastgestelde vergoeding van de eerste aanleg.
- Eerste aanleg verloren, hoger beroep gewonnen. Er is alsnog proceskostenvergoeding toegekend in eerste aanleg. Je verrekent deze ambtshalve met de vergoeding in eerste aanleg ( artikel 30 Bvr).
Meerdere proceskostenvergoedingen op één toevoeging
Het is mogelijk dat er meerdere proceskostenvergoedingen worden toegekend voor werkzaamheden waarvoor één toevoeging is verstrekt (bereik). Bij vaststelling van de vergoeding van die toevoeging breng je het totaal van alle proceskostenvergoedingen in mindering.
Zwaarwegende omstandigheden
Blijkt de vordering oninbaar te zijn, dan kun je op grond van artikel 32 lid 5 Bvr besluiten om de proceskostenvergoeding niet of gedeeltelijk in mindering te brengen.
Bijvoorbeeld als:
- de wederpartij (direct na het vonnis / de uitspraak) failliet is verklaard;
- op de vordering (direct na het vonnis / de uitspraak) een conservatoir derdenbeslag ligt;
- de tegenpartij met ‘de Noorderzon’ is vertrokken;
- de tegenpartij in de Wsnp zit of gebruik maakt van een buitengerechtelijke schuldsanering;
- door de wederpartij verschuldigde proceskosten door diezelfde wederpartij worden verrekend met een vordering op rechtzoekende.
De oninbaarheid moet door de advocaat worden aangetoond, bijvoorbeeld met een vonnis, beschikking of een brief van de deurwaarder.
Als de proceskostenvergoeding op verzoek van de advocaat of rechtzoekende wordt verrekend, dan beschouwt de Raad dit niet als een zwaarwegende omstandigheid. Je brengt de proceskosten alsnog in mindering op de vergoeding.
Rechtzoekende in schuldsanering of failliet
Je brengt de proceskosten ook niet in mindering als deze is toegewezen aan een rechtzoekende die deelneemt aan een minnelijk traject, is toegelaten tot de WSNP of failliet is. De proceskostenvergoeding valt dan in de boedel van de rechtzoekende.
De rechtzoekende moet met recente stukken aantonen dat bovenstaande van toepassing is.
Lichte adviestoevoeging (LAT)
Bij toekenning van de LAT wordt automatisch de vergoeding vastgesteld. Blijkt achteraf dat een proceskostenvergoeding is toegekend, dan moet deze worden verrekend. De advocaat informeert de Raad over de proceskostenvergoeding.
Achtergrondinformatie
Versie |
4.16
|
---|---|
Gewijzigd op | |
Punten |