P043 ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing

Werkinstructie
Personen- en familierecht

Kan op grond van het formele beleid niet worden toegevoegd? En is er beoordelingsruimte? Dan kan de Raad de context- en persoonsgebonden factoren van rechtzoekende bij het besluit betrekken. Dat wil zeggen, de situatie waarin deze persoon verkeert, diens capaciteiten en de omstandigheden waarin problemen optreden. Misschien is toevoeging dan alsnog mogelijk. >> Klik door voor meer informatie <<

Benodigde stukken / informatie

  • (digitaal) ondertekend aanvraagformulier Civiel
  • eventueel kopie verzoekschrift (verlenging) ots en/of uhp
  • eventueel kopie bestreden beschikking in geval van hoger beroep
  • toelichting inhoudelijk verweer ots/uhp meerdere kinderen (bij afzonderlijke aanvragen om toevoeging)

Inschrijvingsvoorwaarden

De rechtsbijstandverlener moet als personen- en familierechtspecialist of als civiel jeugdrechtspecialist zijn ingeschreven. Zie werkinstructie Specialisatie advocaat/niet-ingeschreven advocaat.
Als de rechtsbijstandverlener niet is ingeschreven als [personen- en familierechtspecialist of jeugdzakenspecialist dan wijs je de aanvraag af met tekstcode 182.

Uitzondering inschrijvingsvoorwaarden

Voor cassatie in civiele zaken geldt een uitzondering op de inschrijvingsvoorwaarden, zie hiervoor werkinstructie Cassatie Civiel.

Toevoegbeleid

Let op: De andere eigen bijdrage (artikel 2a Bebr) geldt niet voor zaken die onder de zaakcode P043 vallen.

Algemeen

De code P043 gebruik je voor geschillen over ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing.

Wederpartij bij omgang en gezag niet ex-partner

Is de wederpartij in een omgang- of gezagsgeschil niet de ex-partner, maar een instantie als de Raad voor de Kinderbescherming, Bureau Jeugdzorg of William Schrikkerstichting, dan codeer je deze zaak onder de zaakcode P043.

OTS/UHP

Voor rechtsbijstand bij de (verlenging) ondertoezichtstelling of het verzoek van rechtzoekende (als ouder of verzorger) voor een ondertoezichtstelling verstrek je een toevoeging, evenals voor het hoger beroep. Deze toevoeging omvat de behandeling van beide belangen (ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing), tenzij er sprake is van afzonderlijke procedures. De toevoeging geldt ook voor alle advieswerkzaamheden inclusief de eerst te voeren procedure. Dient de gecertificeerde instelling (GI) direct na of gelijktijdig met het verzoek van de ouder een verzoek in, dan wordt hiervoor één toevoeging verstrekt.

Bereik (geen afzonderlijke toevoeging)

Werkzaamheden kunnen onder het bereik van een eerder verstrekte toevoeging vallen ( artikel 28 lid 1 sub b Wrb en artikel 32 Wrb). Je verstrekt in dat geval geen afzonderlijke toevoeging. Het beleid is beschreven in de werkinstructie Bereik. In onderstaand overzicht staan enkele voorbeelden van bereik op dit gebied:

Voorbeelden bereik/geen bereik

1. Hetzelfde rechtsbelang, geen diversiteit van procedures
Ouder voert verweer tegen het verzoek tot ondertoezichtstelling en tegen het gelijktijdig ontvangen verzoek tot uithuisplaatsing, hier is sprake van hetzelfde rechtsbelang. Zie paragraaf 1.2 en 1.4

2. Meerdere kinderen, hetzelfde rechtsbelang
Ouder voert verweer tegen het verzoek tot ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van meerdere minderjarigen. Hier is sprake van één rechtsbelang: het gezinsleven en de eventuele verblijfplaats. Zie paragraaf 1.2.1 en 3.3.

3. Meerdere kinderen, ander rechtsbelang
De kinderen zijn ondergebracht bij diverse instellingen/gastgezinnen. De ouder wil verweer voeren tegen de verlenging van de UHP. In dat geval kan er sprake zijn van diverse van elkaar verschillende verweren, zodat per kind een afzonderlijke toevoeging verstrekt kan worden voor advies c.q. procedure. Zie paragraaf 1.2.1 en 3.3.

4. Ouders en kind, hetzelfde rechtsbelang
Ouder(s) en de betreffende minderjarige  (van 12 jaar of ouder) voeren verweer tegen de ondertoezichtstelling en de uithuisplaatsing. Ze hebben dezelfde advocaat. Hier is sprake van één rechtsbelang. Zie paragraaf 1.2.1

5. Verlenging OTS, diversiteit van procedures
Ouder voert verweer tegen verlenging van de OTS. Dit wordt bij afzonderlijk verzoekschrift ingediend en krijgt een nieuw zaaknummer. Hier is sprake van hetzelfde rechtsbelang, wel diversiteit van procedures. Zie paragraaf 1.2 en 1.4

6. Spoed UHP/voorlopige OTS (VOTS), hetzelfde rechtsbelang
Ouder voert verweer tegen de spoed UHP/VOTS. Deze zitting vindt plaats binnen twee weken. Vervolgens wordt de ‘gewone’ UHP/OTS procedure voortgezet. Deze wordt vóór afloop van de drie maanden termijn van de spoed UHP/VOTS weer op een zitting bij de rechtbank behandeld. Hier is sprake van hetzelfde rechtsbelang, geen diversiteit van procedures. Zie paragraaf 1.2 en 1.4

7. Nadere onderzoekswensen, hetzelfde rechtsbelang
Ouder voert verweer tegen een verzoek tot OTS en UHP. De rechtbank houdt de zaak aan omdat er onderzoekswensen zijn. Er volgt een nieuwe zitting. Hier is sprake van hetzelfde rechtsbelang, geen diversiteit van procedures. Zie paragraaf 1.2 en 1.4

8. Tussenbeslissing uitvoerbaar bij voorraad, zelfde rechtsbelang
De rechter beslist dat de OTS en/of UHP voor een bepaalde periode wordt uitgesproken en dat de zaak wordt aangehouden en daarna weer op zitting komt. De rechter bepaalt dat de tussenbeslissing tot OTS en/of UHP uitvoerbaar bij voorraad is, dat wil zeggen dat de beschikking ten uitvoer kan worden gelegd ongeacht of een rechtsmiddel is ingesteld tegen de beschikking. Dit is voor de beoordeling of sprake is van een zelfstandige zaak niet relevant. Er is sprake van hetzelfde rechtsbelang, geen diversiteit van procedures. Zie paragraaf 1.2 en 1.4

Oproeping informant

Als rechtzoekende als informant wordt gehoord en geen procespartij is in UHP/OTS, dan wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Je kunt een toevoeging verstrekken, wanneer een informant alsnog door de rechtbank als belanghebbende wordt aangemerkt, bijvoorbeeld als de rechter meent dat de afgesproken omgangsregeling in gevaar kan komen.

Beschermingstafel

Wordt rechtzoekende uitgenodigd voor een gesprek bij de (jeugd-)beschermingstafel, dan wijs je af met tekstcode 130  (zelfredzaamheid).
De uitkomst van de beschermingstafel kan leiden tot het instellen van een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming.

Reactie op verzoek gemeente tot onderzoek Raad voor de Kinderbescherming

De gemeente kan de Raad voor de Kinderbescherming verzoeken om een onderzoek in te stellen. Daarbij kan rechtzoekende voorafgaand aan het indienen van dit verzoek in de gelegenheid worden gesteld om hierop te reageren. Een aanvraag toevoeging hiervoor wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).

Last P042

Als een minderjarige in een gesloten instelling van Jeugdzorg moet worden geplaatst wordt een last tot toevoeging verstrekt (artikel 6.1.10 lid 4 Jeugdwet).

Als een in eerste instantie voorwaardelijke machtiging wordt omgezet in een onvoorwaardelijke machtiging omdat de minderjarige de voorwaarden niet naleeft (art. 6.1.6 Jeugdwet), dan kan daartegen beroep worden ingesteld. Het beroep wordt behandeld bij dezelfde instantie. Hiervoor wordt geen aparte toevoeging/aanwijzing afgegeven.

Bij verlenging van de gesloten uithuisplaatsing wordt eveneens een last tot toevoeging verstrekt.

Een aanvraag om toevoeging in deze fase wijs je af met de volgende tekst:
“De Raad is niet bevoegd om op uw aanvraag om toevoeging te beslissen. U kunt de rechtbank verzoeken om een last tot toevoeging af te geven. (artikel 1:261 lid 3 BW)”

Een last tot toevoeging bij hoger beroep is niet geregeld. Dit betekent dat de Raad exclusief bevoegd is. De eigen bijdrage bij de af te geven toevoeging stel je op nihil (artikel 6 Bebr). We zien in deze gevallen af van een eigen verklaring.

Zie ook het Handboek Ambtshalve Toevoeging/Aanwijzing onder paragraaf 7.2.

Overname P042-toevoeging

Zie werkinstructie Mutatie van de toevoeging i.v.m. opvolging.

Inschrijvingsvoorwaarden P042

De rechtsbijstandverlener moet als civiel jeugdrechtspecialist zijn ingeschreven. Zie werkinstructie specialisatie advocaat/niet-ingeschreven advocaat.

De Raad adviseert de gerechten geen last tot toevoeging te verstrekken aan een advocaat die niet met de juiste specialisatie bij de Raad voor Rechtsbijstand staat ingeschreven. Zie het Handboek Ambtshalve Toevoeging / Aanwijzing onder paragraaf 1.1.

Schriftelijke aanwijzing Jeugdbescherming / afwijzing verzoek wijziging

Gelet op de betrokken belangen van zowel kind(eren) als ouder(s) voeg je hiervoor toe. Dit is een zelfstandig rechtsbelang ten opzichte van de OTS/UHP. Bijvoorbeeld aanwijzing over de omgang.

Als er sprake is van samenloop met andere geschillen over de omgang, verzorging en opvoeding van het kind, dan toets je op bereik.

Pilot Kosteloze rechtsbijstand bij gezagsbeëindiging (GBM) P044

Zie werkinstructie Bijzondere regelingen, Pilot Kosteloze rechtsbijstand ouders bij gezagsbeëindiging (GBM).

Termijn indienen aanvraag

Zie werkinstructie Algemeen toevoegbeleid.

Klacht gezinsvoogd

Zie werkinstructie B060 klachten overheidhandelen.

LAT

De rechtsbijstandverlener kan een LAT aanvragen, als hij verwacht dat de zaak binnen 3 uur kan worden behandeld. Je toetst deze aanvraag aan dezelfde criteria als een reguliere aanvraag. Wanneer alsnog blijkt dat de zaak niet binnen 3 uur kan worden behandeld kan de rechtsbijstandverlener verzoeken de LAT om te zetten naar een reguliere toevoeging.
Je vraagt niet actief of een rechtsbijstandverlener het met een LAT af zou kunnen als er om een reguliere toevoeging wordt verzocht.

Wet- en regelgeving