Veel gestelde vragen en antwoorden verhaal kosten rechtsbijstand op draagkrachtige onherroepelijk veroordeelden
1. Geldt de regeling ook voor een last tot toevoeging die vóór 1 maart 2017 is verstrekt?
Nee. Bij deze regeling is er geen sprake van terugwerkende kracht. De regeling geldt alleen voor ambtshalve toevoegingen vanaf 1 maart 2017. In de daadwerkelijke uitvoering wordt uitgegaan van ambtshalve toevoegingen die zijn geregistreerd (na binnenkomst van het bericht bij de Raad) vanaf 8 maart 2017.
2. Welke ambtshalve toevoegingen vallen onder de regeling kostenverhaal draagkrachtige veroordeelden?
Ambtshalve toevoegingen met de codes: S010, S030, S040 en S050, eerste aanleg en Hoger Beroep vallen onder de regeling. Ambtshalve toevoegingen voor minderjarigen, cassatietoevoegingen en piketvergoedingen vallen niet onder de regeling. Voorbeeld: is de ambtshalve toevoeging voor de eerste aanleg geregistreerd in december 2016? En wordt de ambtshalve toevoeging voor het Hoger Beroep geregistreerd in april 2017? Dan valt de eerste aanleg niet onder de regeling en het Hoger Beroep wel.
3. Op welk moment ontvangt de rechtzoekende een bericht van terugbetaling van kosten rechtsbijstand?
De Raad ontvangt pas na afloop van de hele procedure voor de strafzaak (dus inclusief cassatie en terugverwijzing) een bericht van onherroepelijkheid. Is er sprake van onherroepelijkheid? Dan toetst de Raad voor Rechtsbijstand op dat moment de financiële gegevens van de veroordeelde. De rechtzoekende ontvangt per toevoeging (bij eerste aanleg en in Hoger Beroep) een invorderingsbesluit, nadat de zaak onherroepelijk is verklaard, de draagkracht hoger blijkt te zijn dan de Wrb-normen én nadat de advocaat heeft gedeclareerd.
4. Geldt de regeling ook voor de vergoeding voor extra uren?
Ja, de regeling tot verhaal van kosten omvat ook de vergoeding van extra uren.
5. Welke inkomens- en vermogensnorm wordt toegepast bij de draagkrachttoets?
Standaard wordt getoetst op basis van de alleenstaanden norm met peiljaar T-2. In 2017 gaan we dus uit van peiljaar 2015 waarbij de grens voor het fiscaal inkomen € 26.400,- is en de grens voor het heffingvrij vermogen € 21.330. Uw cliënt kan de Raad verzoeken de norm aan te passen naar de norm voor een gezamenlijke huishouding. Mocht uw cliënt hiervan gebruik willen maken, dat moeten altijd de personalia van de partner doorgegeven worden met een toestemming voor verificatie bij de Basisregistratie Personen (BRP) en/of Belastingdienst.
6. Wordt er een eigen bijdrage opgelegd?
Nee, er is geen sprake van een eigen bijdrage als uit de inkomens- en vermogenstoets blijkt dat de veroordeelde niet binnen de normen voor het verlenen van gesubsidieerde rechtsbijstand valt. Daarom wordt overgegaan tot verhaal van de totale vergoeding.
7. Welk peiljaar wordt gehanteerd voor de financiële toets?
Wij gaan uit van het inkomen en vermogen van twee jaar vóór het moment van registratie van de last.
8. Is er een mogelijkheid tot een peiljaarverlegging?
Bijvoorbeeld omdat de veroordeelde door zijn detentie mogelijk zijn baan en daarmee het inkomen is kwijtgeraakt en op basis waarvan wordt bepaald dat hij de vergoeding moet terugbetalen?
Ja. De rechtzoekende kan een verzoek tot peiljaarverlegging indienen na ontvangst van het invorderingsbesluit.
9. Wanneer kan peiljaarverlegging worden ingediend?
De rechtzoekende kan een verzoek tot peiljaarverlegging indienen na ontvangst van het invorderingsbesluit.
10. Als een rechtzoekende na ontvangst van het invorderingsbesluit een verzoek tot peiljaarverlegging doet, op welk jaar slaat dit verzoek tot peiljaarverlegging dan terug?
Bij het verzoek om peiljaarverlegging wordt gekeken naar het inkomen in het jaar waarin de last is geregistreerd, analoog aan de huidige regels rondom het aanvragen van reguliere straftoevoegingen.
11. Mag de advocaat, nadat blijkt dat er sprake is van kostenverhaal, het reguliere tarief in rekening brengen?
Dat volgt niet uit de wetsgeschiedenis.
12. Is het mogelijk dat mijn cliënt al eerder duidelijkheid krijgt over de mogelijke financiële gevolgen van de regeling?
Uw cliënt kan zelf een inkomensverklaring aanvragen, waaruit blijkt of het inkomen en vermogen hoger zijn dan is toegestaan. Zit uw cliënt in beperking, dan kan hij via het aanvraagformulier schriftelijk een inkomensverklaring aanvragen.
13. Als de verdachte wordt vrijgesproken in eerste aanleg en later wordt veroordeeld in Hoger Beroep, moeten de kosten van de eerste aanleg dan ook worden terugbetaald?
Ja. Ook bij een latere veroordeling in Hoger Beroep worden de kosten voor de eerste aanleg verhaald.
14. Geldt er een uitzondering op de regeling kostenverhaal als sprake is van een onredelijk verhaal, bijvoorbeeld indien de verdachte wordt vrijgesproken voor de belangrijkste feiten en een veroordeling voor een klein feit overblijft?
Nee. De wet kent zo’n uitzondering niet.
15. Moet de advocaat voor een aanvraag extra uren in een zaak waarin een last is verstrekt op voorhand toestemming vragen aan de cliënt?
Het is immers de cliënt die, als hij veroordeeld wordt, daardoor een hogere vergoeding aan de Raad moet terugbetalen?
Antwoord: Het is verstandig uw cliënt vooraf goed te informeren over de regeling, de mogelijke financiële gevolgen en dus ook over de consequenties als er extra uren worden aangevraagd.
16. Hoe informeer ik als advocaat mijn cliënt?
U ontvangt -bij de lasten die betrekking hebben op de regeling– een exemplaar voor uw cliënt, waarin staat dat de kosten van rechtsbijstand mogelijk worden verhaald. Daarnaast is het wellicht nodig dat u uw opdrachtbevestiging aanpast.