G010 goederenrecht
Benodigde stukken / informatie
- (digitaal) ondertekend aanvraagformulier Civiel
- toelichting omtrent het geschil waarvoor om toevoeging wordt verzocht.
Toevoegbeleid
Algemeen
In dit soort zaken voeg je pas toe als er sprake is van een conflict tussen rechtzoekende en de wederpartij.
Uit de toevoegingsaanvraag moet het volgende zijn op te maken:
- de aard van het rechtsprobleem;
- welke werkzaamheden de advocaat gaat verrichten en wat rechtzoekende zelf gedaan heeft.
Als niet direct de noodzaak van een advocaat duidelijk is, dan bel je de advocaat of maak je de aanvraag onvolledig.
Let wel: je vraagt dus niet standaard om stukken. Slechts bij uitzondering heb je stukken (bijvoorbeeld correspondentie, verzoek- of verweerschrift, dagvaarding/oproepingsbericht) nodig om de aanvraag te beoordelen.
In de aanvullende omschrijving vermeld je duidelijk voor welk rechtsbelang wordt toegevoegd.
Codering
- als het ‘hoofdrecht’ een goederenrechtelijke oorsprong kent.
- bij geschil omtrent een geldige overdracht van goederen (bijvoorbeeld revindicatie of beroep op derdenbescherming).
- geschil buren in verband met overhangende beplanting, onjuist geplaatste erfafscheiding e.d.
Goederenrecht regelt de verhouding tussen burgers en goederen. Onder het begrip ‘goederen’ wordt verstaan het geheel van zaken en vermogensrechten. Zaken kunnen zowel roerend als onroerend zijn. Vermogensrechten zijn, al dan niet in combinatie met een ander recht, overdraagbaar en hebben als doel stoffelijk voordeel te verschaffen.
Eigendom, hypotheekrecht, pandrecht, vruchtgebruik, erfdienstbaarheid, erfpacht en opstal zijn goederenrechtelijke rechten (beperkte vermogensrechten, uitgezonderd eigendom).
Het bijzondere van deze goederenrechtelijke rechten is dat zij werking hebben tegenover een ieder (absolute werking). In tegenstelling tot het verbintenissenrecht, waar de overeenkomst in beginsel slechts geldingskracht heeft tussen de bij die overeenkomst betrokken partijen (persoonlijke werking).
De meeste van deze rechten zijn zogenaamde afhankelijke rechten, dat wil zeggen dat dit recht zodanig is verbonden met een ander recht (hoofdrecht), dat het niet zonder dat andere recht kan bestaan. Rechten als pand- en hypotheekrecht bijvoorbeeld zijn afhankelijk van een vorderingsrecht. Zij kunnen geen zelfstandig goederenrechtelijk bestaan leiden.
Voorbeeld:
A heeft bij een bank geld geleend om een vakantiewoning te kopen. Als onderpand voor de lening heeft de bank een recht van hypotheek verkregen op de vakantiewoning van A. Op het moment dat A stopt met aflossen van de lening, mag de bank het huis verkopen om uit de opbrengst haar vordering te voldoen. Een eventueel geschil omtrent de geldlening codeer je onder O030. Geschillen in verband met het ontstaan en tenietgaan van het recht van hypotheek hangen zodanig samen met de geldlening dat je ook deze onder O030 codeert.
Voorbeeld:
B heeft een recht van erfdienstbaarheid op het perceel van C. C is eigenaar. Het recht van erfdienstbaarheid is ‘afhankelijk’ van de eigendom van het heersende erf (perceel van C), beide rechten zijn goederenrechten. Een geschil tussen B en C over de erfdienstbaarheid codeer je onder G010.
Overdracht van goederen
In beginsel zijn eigendom, beperkte rechten en vorderingsrechten overdraagbaar als aan de vereisten van artikel 3:84 BW:
- geldige titel
- beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder
- levering, wordt voldaan
Voorbeeld:
De fiets van E wordt gestolen door Y. Y verkoopt de fiets aan Z, die te goeder trouw is. Op zekere dag ziet E zijn fiets bij Z in de tuin staan. E eist zijn fiets op (revindicatie). Het geschil Z <-> E kent een goederenrechtelijke oorsprong: het opeisen van de fiets op grond van een gebrekkige overdracht (Z verkreeg de fiets van een beschikkingsonbevoegde). Het geschil Z <-> Y heeft een verbintenisrechtelijke oorsprong: Z zal op zijn minst de koopsom terug willen ontvangen van Y.
LAT
De rechtsbijstandverlener kan een LAT aanvragen, als hij verwacht dat de zaak binnen 3 uur advies kan worden behandeld. Je toetst deze aanvraag aan dezelfde inhoudelijke criteria als een reguliere aanvraag. Wanneer alsnog blijkt dat de zaak niet binnen 3 uur advies kan worden behandeld kan de rechtsbijstandverlener verzoeken de LAT om te zetten naar een reguliere toevoeging.
Je vraagt niet actief of een rechtsbijstandverlener het met een LAT af zou kunnen als er om een reguliere toevoeging wordt verzocht.
Wet- en regelgeving
Versie |
2.04
|
---|---|
Gewijzigd op | |
Punten |
21
|