B010 bestuursrecht
Benodigde stukken / informatie
- (digitaal) ondertekend aanvraagformulier Civiel
- een kopie van de bestreden beslissing en toelichting op de aan te voeren gronden en de te verrichten werkzaamheden. Als de aanvraag voldoende is toegelicht (naam wederpartij, datum beslissing, korte aanduiding inhoud beslissing + aan te voeren gronden) is een kopie van de beschikking niet noodzakelijk
- het (financieel) belang
Toevoegbeleid
Algemeen
De code B010 is een algemene code voor bestuursrechtelijke rechtsproblemen. Deze code gebruik je voor alle zaken tegen de overheid die niet onder een andere code zijn te categoriseren.
Een eerste aanvraag voor een geschil met een overheidsorgaan kun je, op een aantal uitzonderingen na, toevoegen als aan de overige criteria is voldaan. Zoals voldoende financieel belang (art. 4 Brt) of rechtstreeks en individueel belang (art. 1 Wrb). Je geeft de toevoeging af voor advies cq procedure met een duidelijke aanvullende omschrijving.
Mogelijke rechtsgangen
- bezwaar bij de betrokken overheidsinstelling;
- beroep bij de rechtbank;
- hoger beroep, bijvoorbeeld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van Raad van State;
- voorlopige voorziening;
- verzet.
Zaken die je codeert onder B010
Je toetst de toevoegwaardigheid aan de gebruikelijke criteria. Gebruik altijd een aanvullende omschrijving bij deze zaakcode.
- verklaring omtrent gedrag (VOG);
- bestuursdwang;
- inzage Wet open overheid (WOO) (tot mei 2022: WOB);
- legalisatie van geboorte akte/huwelijksakte uit buitenland;
- ouderbijdrage Jeugdzorg (LBIO);
- indicatiebesluit van Bureau Jeugdzorg;
- (bouw) vergunningen;
- paspoort;
- Schadefonds Geweldsmisdrijven;
- Wet Dwangsom;
- wijziging geslachtsnaam;
- Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv; Wet Mulder), zie werkinstructie B011;
- beslissing Raad voor Rechtsbijstand;
- Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) / Educatieve maatregel alcohol (EMA) / Educatieve maatregel gedrag (EMG);
- Afwijzing schuldhulpverlening Wgs door gemeente (Wet gemeentelijke schuldhulpverlening);
- Bezwaar plan van aanpak Wgs door gemeente;
- Bezwaar tussentijdse beëindiging Wgs door gemeente;
- Geschillen met betrekking tot beslissingen van het ministerie van Buitenlandse Zaken (BuZa) over plaatsing van Afghaanse evacués op de evacuatielijst.
Bereik (geen afzonderlijke toevoeging)
Werkzaamheden kunnen onder het bereik van een eerder verstrekte toevoeging vallen (artikel 28 lid 1 sub b Wrb en artikel 32 Wrb). Je verstrekt in dat geval geen afzonderlijke toevoeging. Het beleid is beschreven in de werkinstructie Bereik. In onderstaand overzicht staan enkele voorbeelden van bereik op dit gebied:
- Algemeen: hoofdstuk 1 o.a. rechtsbelang, diversiteit van procedures
- Bestuursrechtelijke zaken: hoofdstuk 2
Herleefd beroep na gegrond hoger beroep
Zie werkinstructie Bereik paragraaf 2.1.3. Artikel 32 Wrb aantekening 4 HT pas je hier analoog toe.
Verzoek herziening onherroepelijke beslissing
Voor een verzoek aan een bestuursorgaan/de rechtbank om terug te komen op een onherroepelijke beslissing (herzieningsverzoek) verstrek je geen toevoeging, tenzij er sprake is van juridische of feitelijke complexiteit (artikel 8 sub k Brt). Als je een toevoeging verstrekt voor een verzoek herziening aan een bestuursorgaan geldt deze ook voor de behandeling van het eventuele bezwaar tegen de afwijzing van het verzoek (artikel 28 Wrb aantekening 20 HT).
Termijn rechtsmiddel
Je neemt bij een aanvraag altijd aan dat de advocaat de termijn heeft gesauveerd.
Als een beslissing ouder is dan zes maanden en uit de aanvraag blijkt niet dat de zaak nog loopt dan maak je de aanvraag onvolledig met de volgende tekst:
“De Raad voor Rechtsbijstand kan de toevoeging weigeren indien de rechtsbijstand reeds feitelijk verleend is. Omdat de bestreden beslissing al 6 maanden oud is, verzoekt de Raad u mee te delen of u op het moment van de toevoegingaanvraag nog rechtsbijstand verleende. Als dit niet het geval is, wilt u dan een nadere toelichting geven welke omstandigheden tot de late aanvraag hebben geleid?
(Artikel 28 lid 1 sub a Wrb)"
Wijziging gegevens BRP
Voor een verzoek tot wijziging van de gegevens in de Basis Registratie Personen (BRP) wordt geen toevoeging verstrekt. Je wijst de aanvraag toevoeging af op zelfredzaamheid. Als de advocaat bij de aanvraag toevoeging motiveert waarom de zaak feitelijk en/of juridisch complex is, dan kun je een toevoeging verstrekken.
Is er een aparte procedure bij de rechtbank noodzakelijk, bijvoorbeeld voor het vaststellen van de gegevens voor de geboorteakte, zie werkinstructie P100.
Wijziging van de geslachtsnaam
Voor achternaamswijziging verstrek je nooit een toevoeging. Het Brt sluit dit uit.
Artikel 6 lid 1 sub b Brt bepaalt dat ‘…indien de aanvraag betrekking heeft op een wijziging van de geslachtsnaam…’ geen toevoeging wordt verleend. Met ‘aanvraag’ wordt enkel gedoeld op de toevoegingsaanvraag en niet op de aanvraag ter zake van de achternaamswijziging op grond van artikel 1:7 BW / artikel 1:24 BW.
De uitzondering van artikel 6 lid 2 Brt slaat niet op de achternaamswijziging. Dit betekent dat je voor de achternaamswijziging nooit een toevoeging verstrekt. Ook niet als er sprake is van bezwaar of beroep tegen een afwijzende beslissing. Je wijst de aanvraag af met tekstcode 149.
Eventueel kun je verwijzen naar de website van de Rijksoverheid, inclusief aanvraagformulier.
Wanneer een civiele procedure noodzakelijk is in verband met weigering medewerking van de andere ouder, kun je voor het verkrijgen van de vervangende toestemming een toevoeging verstrekken, met zaakcode P100.
Gebiedsverbod
Je verstrekt een toevoeging voor bezwaar c.q. beroep tegen oplegging van een gebiedsverbod, tenzij dit verbod voortvloeit uit vrijetijdsbesteding of hobbymatige activiteiten. In dat geval wijs je de aanvraag af met de tekst:
“De zaak waarvoor u een toevoeging heeft aangevraagd is van onvoldoende belang of anderszins onvoldoende zwaarwegend om de kosten van een advocaat te rechtvaardigen. Hoewel uw persoonlijk belang wellicht groot is, moet de Raad een afweging maken tussen de kosten die de bijstand met zich brengt en het belang v.d. zaak. De toevoeging wordt geweigerd omdat de kosten niet in verhouding staan tot het belang van de zaak (art. 12 lid 2 sub b WRB)."
Wet openbare manifestaties
Aanvragen met betrekking tot bezwaar tegen de beslissing van de burgemeester om beperkingen op te leggen bij een manifestatie/demonstratie, bijvoorbeeld een aanwijzing over de route, locatie of tijdstip, wijs je af op zelfredzaamheid. Je gebruikt hiervoor tekstcode 130 (zelfredzaamheid). De aan te voeren argumenten zijn meestal feitelijk van aard en alleen het verwijzen naar jurisprudentie maakt de zaak nog niet complex.
Bij uitzondering kun je een toevoeging verstrekken als sprake is van feitelijke of juridische complexiteit. Je neemt complexiteit aan als er sprake is van een algeheel demonstratieverbod. Is sprake van complexiteit, dan verstrek je voor het rechtsbelang (de demonstratie/manifestatie) één toevoeging. Deze toevoeging geldt voor alle deelnemers aan de manifestatie/demonstratie.
Schadefonds geweldsmisdrijven
Aanvragen voor het indienen van een verzoek om schadevergoeding bij het Schadefonds geweldsmisdrijven wijs je af op grond van artikel 28 lid 1 sub c Wrb aantekening 21 HT met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Het Schadefonds of het Slachtofferhulp Nederland kan de verzoeker behulpzaam zijn bij het indienen van de aanvraag. Bij uitzondering kun je een toevoeging verstrekken als sprake is van feitelijke of juridische complexiteit.
Voor bezwaar, beroep en hoger beroep met als tegenpartij het Schadefonds geweldsmisdrijven kun je een toevoeging verstrekken. Voor de financiële beoordeling, zie werkinstructie Geen eigen bijdrage.
Afbetalingsregeling / kwijtschelding (geen toevoeging)
Voor bezwaar c.q. (hoger) beroep over een geschil afbetaling of kwijtschelding, zie werkinstructie O033.
Voor het beleid bij verzoek kwijtschelding belastingschuld, zie werkinstructie F010.
Voor het beleid bij de hardheidsclausule en hardheidsregeling in het kader van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Wet Awir), zie werkinstructie W013.
Geschillencommissie
Je codeert de aanvraag voor een toevoeging voor klachtzaken bij een geschillencommissie op O030. Voor het toevoegbeleid, zie werkinstructie O030
Uitzonderingen (niet toevoegen tenzij)
De uitzonderingen hebben te maken met de zelfredzaamheid van de rechtzoekende. De Raad stelt bij een aantal bestuursrechtelijke procedures dat de rechtzoekende dit zelf kan oplossen, omdat het een eenvoudig probleem is of omdat de wet stelt dat hiervoor geen Rechtsbijstand wordt verstrekt. Voorbeelden van uitzonderingen zijn:
- Voornemenprocedure;
- Beslissing Raad voor Rechtsbijstand;
- Voetbalwet;
- Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR)/ EMA;
- Wet Dwangsom;
- Incasso door CJIB;
- Vrije tijd/hobby/huisdieren;
- Geschil onderwijsinstelling;
- Geschil Nationale Hypotheek Garantie (NHG);
- Klacht discriminatie;
- Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG);
- Wet open overheid (WOO) (tot 1 mei 2022: WOB);
- Bezwaar verrekenen proceskostenvergoeding;
- Aan te voeren gronden van feitelijke aard.
Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften, beter bekend als de Wet Mulder, zie werkinstructie B011.
1. Voornemenprocedure
Voorafgaand aan een beslissing kan een bestuursorgaan een voornemen kenbaar maken.
Belanghebbenden krijgen de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.
Rechtzoekende wordt geacht dit zelf te kunnen (artikel 32 Wrb aantekening 5 HT). Als je de aanvraag afwijst gebruik je tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Bijvoorbeeld: de gemeente is voornemens om de woning te sluiten vanwege een hennepplantage (artikel 13b Opiumwet). Rechtzoekende stelt geen ander onderdak te hebben en niets af te weten van de hennepplantage, die van de onderhuurder is. Dit maakt een zaak niet feitelijk en/of juridisch complex. Voor het bezwaar tegen de sluiting van de woning kun je wel een toevoeging verstrekken.
Alleen als er sprake is van een juridisch of feitelijk complexe zaak kun je in dit stadium al toevoegen. Het indienen van een zienswijze bij zaken die te maken hebben met Ruimtelijke Ordening, bijvoorbeeld bestemmingsplan, wordt altijd complex geacht.
Als je een toevoeging verstrekt, dan doe je dat voor zowel de voornemenprocedure als het bezwaar. Bij de aanvullende omschrijving neem je bijvoorbeeld op: voornemen c.q. bezwaar weigering vergunning.
2. Beslissing Raad voor Rechtsbijstand
bezwaar
Voor bezwaar tegen een beslissing van de Raad voor Rechtsbijstand voeg je in beginsel niet toe, omdat deze zaken niet juridisch of feitelijk complex zijn. Voor de afwijzing gebruik je de volgende tekst:
“U maakt bezwaar tegen een negatieve beslissing van de Raad voor Rechtsbijstand. U heeft hiervoor een bijdrage in de advocaatkosten verzocht. De Raad wijst dit verzoek af, omdat het bezwaar wordt gezien als een bestuurlijke heroverweging en behoort tot de aanvraag van de toevoeging. De rechtzoekende kan dit bezwaar zelf, of met behulp van het Juridisch Loket afhandelen.
(Artikel 28 lid 1 sub d Wrb en artikel 8 lid 1 sub j Brt)”
Alleen als de zaak juridisch of feitelijk complex is kun je een toevoeging verstrekken.
Voorbeelden van zaken die mogelijk complex zijn:
- afwijzing op bereik
- afwijzing extra uren
De advocaat moet de complexiteit motiveren in de toevoegaanvraag.
Beroep/hoger beroep
Voor een aanvraag voor beroep/hoger beroep tegen een beslissing van de Raad verstrek je een toevoeging als aan alle overige voorwaarden is voldaan. Je toetst bijvoorbeeld op zelfredzaamheid, zie uitspraak RVS:2015:2601 onder 3.1 en uitspraak RVS:2016:282 onder 8.2 en 8.3.
Bij een geschil over inschrijving in het Tolkenregister (Rbtv) bij de Raad voor Rechtsbijstand is altijd sprake van een zakelijk rechtsbelang. Je beoordeelt de aanvraag aan de hand van de werkinstructie Bedrijfsmatig handelen.
Bezwaar/beroep/hoger beroep weigering extra uren
Je wijst een aanvraag voor bezwaar/beroep of hoger beroep weigering extra uren af als de rechtsbijstand in de zaak waar de aanvraag betrekking op heeft al is beëindigd. Er is dan geen procesbelang meer voor de rechtzoekende, omdat het al dan niet toekennen van extra uren dan voor rechtzoekende geen financieel of ander gevolg heeft. (RVS:2011:BQ1053 d.d. 130411)
3. Voetbalwet
Als in het kader van de Voetbalwet een groepsverbod met meldingsplicht bij het politiebureau is opgelegd, is er sprake van bestuursdwang. Je verstrekt voor het bezwaar/ beroep etc. een toevoeging. Weliswaar is er sprake van een hobbymatige activiteit, de meldingsplicht (artikel 172a Gemeentewet) is hierbij een zwaarwegende omstandigheid om een toevoeging te verstrekken.
Stadionverbod
Voor stadionverbod, zie Werkinstructie O010.
4. Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) / EMA
Voor zaken tegen het CBR verstrek je geen toevoeging, rechtzoekende kan dit zelf (artikel 12 lid 2 sub g Wrb). Dit geldt dus voor bezwaar, beroep, voorlopige voorziening en hoger beroep. De toevoegingsaanvraag wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Als de advocaat bij de aanvraag gemotiveerd aangeeft dat de zaak zodanig feitelijk en/of juridisch complex is dat bijstand van een advocaat noodzakelijk is, kun je bij hoge uitzondering een toevoeging verstrekken. Voor het toevoegbeleid bij klachten tegen de Staat bij het EHRM, zie de werkinstructie Internationale instanties onder § 1.1.
Feitelijke ingewikkeldheid kan aan de orde zijn bij een veelheid van juridisch relevante feiten. Juridische ingewikkeldheid kan zich voordoen wanneer sprake is van rechtsvragen die uitzonderlijk van aard zijn en die slechts incidenteel voorkomen.
In ieder geval acht de Raad de volgende feiten en/of omstandigheden zonder een uitgebreide inhoudelijke toelichting in de aanvraag niet complex:
- Verschillende rapportages met verschillende conclusies (ECLI:NL:RVS:2018:3303)
- Een beroep op het “ne bis in idem-beginsel” en/of de stelling dat de Nederlandse jurisprudentie inzake besluiten van het CBR na een strafrechtelijke veroordeling niet in lijn is met de uitleg van het EHRM (ECLI:NL:RVS:2018:240 en ECLI:NL:RVS:2018:1934)
Privé-omstandigheden
Als de grond voor het bezwaar tegen het ongeldig verklaren van het rijbewijs is: 'ik heb mijn rijbewijs nodig voor mijn werk' of 'ik kan niet zonder rijbewijs door bijzondere privé-omstandigheden', dan heeft het bezwaar onvoldoende kans van slagen en wijs je de aanvraag af met tekstcode 185. Deze tekst vul je aan met: 'Volgens jurisprudentie zijn persoonlijke omstandigheden van aanvrager ondergeschikt aan het algemeen belang van verkeersveiligheid (Rb. Rotterdam 17 september 2004, LJN AR2477).'
Verzoek aan CBR
Je verstrekt geen toevoeging als de aanvraag betrekking heeft op verzoeken gericht aan het CBR. Denk hierbij aan een verzoek om contra-expertise naar aanleiding van een onderzoek naar de rijvaardigheid van rechtzoekende ( artikel 28 Wrb aantekening 21 HT). Je wijst deze aanvraag af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
In sommige gevallen wordt een op een beslissing gelijkende brief naar de rechtzoekende gestuurd:
Aanvragen tweede onderzoek (niet toevoegen)
Het komt voor dat een onderzoek heeft plaatsgevonden naar de geschiktheid van de rechtzoekende. De resultaten hiervan worden dan vastgelegd door een keurend arts. Op grond daarvan kan het CBR besluiten om het rijbewijs voor een bepaalde tijd ongeldig te verklaren of een educatieve maatregel op te leggen. Tegen de brief waarin de onderzoeksresultaten kenbaar worden gemaakt staat geen bezwaar open. De betrokkene krijgt wel de mogelijkheid om een tweede onderzoek aan te vragen. De rechtzoekende kan dit zelf. Je wijst deze aanvraag af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
5. Wet Dwangsom
Voor bezwaar c.q. (hoger) beroep tegen de weigering van een dwangsom verstrek je een toevoeging als de aanvraag aan alle overige criteria voldoet. Beleid over het verzoeken van de dwangsom, zie werkinstructie Wet Dwangsom. Een toevoeging die betrekking heeft op de Wet Dwangsom verstrek je altijd met de zaakcode van de hoofdzaak die eronder ligt, bijvoorbeeld C010, D070, V010, V042 enz. Dit betekent dat de specialisatievereisten voor de onderliggende zaak ook van toepassing zijn. De regelingen voor bereik en samenhang zijn eveneens van toepassing.
6. Incasso door CJIB als rijksincassobureau
Onbetwiste schuld
Voor het maken van bezwaar tegen een beslissing van het CJIB als rijksincassobureau, voeg je niet toe omdat sprake is van een onbetwiste schuld.
Je wijst de aanvraag af met de volgende tekst:
“U heeft een aanvraag ingediend voor een bijdrage in de advocaatkosten voor het bezwaar of beroep tegen de invorderingsbeslissing van het CJIB. De Raad wijst uw aanvraag af, omdat er sprake is van een onbetwiste schuld/ betalingsregeling/kwijtschelding. Juridische bijstand van een advocaat is niet noodzakelijk.
(Artikel 12 lid 2 sub g Wrb; artikel 7 Brt)
Inhoudelijk betwiste schuld
- Als de rechtzoekende de onderliggende vordering van het bestuursorgaan (bijvoorbeeld UWV, gemeente) inhoudelijk betwist, dan kan hij zich tot het bestuursorgaan zelf wenden.
Je wijst de aanvraag af met de volgende tekst: “U heeft een aanvraag ingediend voor een bijdrage in de advocaatkosten. Uw bezwaar of beroep is niet gericht tegen de invorderingsbeslissing van het CJIB, maar tegen de onderliggende beslissing van het bestuursorgaan, Daarom wijst de Raad uw aanvraag af. (artikel 12 lid 2 sub a Wrb jo. artikel 3 sub b Brt) - Als de rechtzoekende de hoogte van de termijnbedragen betwist, moet hij eerst zelf proberen dit op te lossen. Als de beslaglegger geen rekening wil houden met de beslagvrije voet, dan kun je daarvoor een toevoeging verstrekken.
Voorgaande kan leiden tot een executiegeschil, zie werkinstructie bereik paragraaf 3.1.5.
7. Vrije tijd/hobby/huisdieren
Je verstrekt geen toevoeging voor een bezwaar/beroep tegen een beslissing van een overheidsorgaan, die gaat over enige vorm van vrijetijdsbesteding of hobby (bijvoorbeeld: paasvuren, carbidschieten, kraakfeesten e.d.).
Beslissingen van een bestuursorgaan over huisdieren codeer je met zaakcode B010. Voor het beleid, zie de werkinstructies O030 o.a. over het (financieel) belang en Z120 met betrekking tot inbeslagname.
8. Geschil onderwijsinstelling
Klachten onderwijsinstelling
Voor het indienen van een klacht tegen een onderwijsinstelling verstrek je geen toevoeging, rechtzoekende kan dit zelf (artikel 12 lid 2 sub g Wrb). De toevoegingsaanvraag wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Je verstrekt bijvoorbeeld geen toevoeging voor klachten over de kwaliteit van het onderwijs, de bejegening, de examens of tentamens of tegen een tijdelijke schorsing.
Bij uitzondering kun je een toevoeging verstrekken voor een klacht wanneer er sprake is van bijzondere feitelijke of juridische ingewikkeldheid of wanneer er sprake is van zwaarwegende belangen.
Bezwaar en beroep in het basis- en voortgezet onderwijs
Voor het indienen van bezwaar verstrek je in principe geen toevoeging. Rechtzoekende kan dit zelf. De toevoegingsaanvraag wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Is sprake van zwaarwegende belangen, zoals een bezwaar tegen definitieve verwijdering van de onderwijsinstelling, dan verstrek je een toevoeging.
Voor het indienen van beroep bij de bestuursrechter tegen een beslissing op een bezwaar verstrek je een toevoeging.
Bezwaar, Beroep en Hoger beroep in het MBO/HBO/WO
Je verstrekt een toevoeging voor bezwaar, beroep en hoger beroep als de negatieve beslissing direct van invloed is op het terugbetalen van de studiebeurs of het vervolgen van de reeds gestarte opleiding (studievertraging). Enkel een inschrijving is niet voldoende. De rechtzoekende moet daadwerkelijk met de opleiding zijn begonnen.
Is hiervan geen sprake, dan wijs je de toevoeging af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Instanties voor beroep en hoger beroep zijn bijvoorbeeld:
- Beroep MBO: Commissie van Beroep voor de Examens
- Beroep HBO/WO: College van Beroep voor de Examens
- Hoger beroep HBO/WO: College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (per 1 januari 2023 Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State)
Voorlopige voorziening
Een verzoek om een voorlopige voorziening valt onder het bereik van de hoofdzaak. Zie de werkinstructie bereik onder 1.4.1 Procedurele bijzonderheden/ incidenten. Voorbeeld: Een voorlopige voorziening bij de voorzitter van het College van beroep voor de examens valt onder bereik van de hoofdzaak, omdat de voorlopige voorziening behandeld wordt bij dezelfde instantie.
Codering B010 of O030
Voor bestuursrechtelijke onderwijszaken codeer je de zaak op B010. Voor civielrechtelijke onderwijszaken codeer je de zaak op O030.
Geschillen over de afgifte van een getuigschrift door het instellingsbestuur worden behandeld door de bestuursrechter en codeer je óók bij bijzonder onderwijs op B010.
9. Geschil Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
Voor NHG-besluiten tot 1 maart 2015 geldt:
Voor een geschil over Nationale Hypotheek Garantie verstrek je geen toevoeging, rechtzoekende kan zelf het probleem oplossen (artikel 12 lid 2 sub g Wrb). Het gaat hier vaak om gronden van feitelijke aard. De toevoegingsaanvraag wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Als de advocaat bij de aanvraag gemotiveerd aangeeft dat de zaak zodanig feitelijk en/of juridisch complex is dat bijstand van een advocaat noodzakelijk is kun je bij uitzondering een toevoeging verstrekken.
Voor NHG-besluiten op of na 1 maart 2015, zie werkinstructie O030.
10. Klacht discriminatie
Als je je gediscrimineerd voelt, kun je een klacht indienen bij het College voor de Rechten van de Mens (voorheen Commissie Gelijke Behandeling). Dit is een wettelijk geregelde klachtenprocedure in de zin van artikel 1 Bvr. Het indienen van een klacht kan aan rechtzoekende zelf worden overgelaten, eventueel met behulp van een antidiscriminatiebureau. Je wijst de toevoegaanvraag af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Bij uitzondering, als de advocaat motiveert waarom de klacht zodanig feitelijk en/of juridisch complex is dat het antidiscriminatiebureau rechtzoekende niet kan helpen, kun je een toevoeging verstrekken.
11. Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
De AVG maakt onderscheid tussen publieke instellingen en niet-publieke instellingen.
Publieke instellingen (bestuursorganen)
Toevoegingsaanvragen voor een verzoek rechten betrokkene (bijvoorbeeld inzage of verwijdering) op grond van de AVG wijs je af op zelfredzaamheid. Je gebruikt hiervoor tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Reageert het bestuursorgaan niet tijdig, dan kan rechtzoekende het bestuursorgaan in gebreke stellen. Voor het beleid over ingebrekestellingen en het verzoeken van een dwangsom, zie werkinstructie Wet Dwangsom.
Is sprake van een bezwaarprocedure, dan wijs je de aanvraag af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Als de advocaat bij de aanvraag gemotiveerd aangeeft dat de zaak zodanig feitelijk en/of juridisch complex is dat bijstand van een advocaat noodzakelijk is voor het maken van bezwaar, dan kun je bij uitzondering een toevoeging verstrekken.
Niet-publieke instellingen
Voor het beleid over de AVG en niet-publieke instellingen, zie werkinstructie R010.
12. Wet open overheid (WOO)
Een aanvraag toevoeging voor het indienen van een verzoek om verstrekking van stukken op basis van de WOO (tot 1 mei 2022: WOB) wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Een rechtzoekende wordt geacht zelf het WOO-verzoek in te kunnen dienen.
Toevoegingsaanvragen voor bezwaar en beroep tegen een beslissing op een WOO-verzoek toets je, naast juridische en/of feitelijke ingewikkeldheid, op de aanwezigheid van een rechtstreeks en individueel belang van rechtzoekende. Dit criterium vloeit voort uit artikel 1 van de Wrb, waarin rechtsbijstand is gedefinieerd als rechtskundige bijstand aan een rechtzoekende ter zake van een rechtsbelang dat hem rechtstreeks en individueel aangaat.
13. Bezwaar verrekenen proceskostenvergoeding
Een aanvraag toevoeging voor het maken van bezwaar tegen de verrekening van een eerder toegekende proceskostenvergoeding met een openstaande schuld bij de gemeente wijs je af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Naast zelfredzaamheid kan er ook sprake zijn van onvoldoende belang. De rechtzoekende heeft recht op teruggave van de eigen bijdrage in de zaak waarin proceskosten zijn toegekend. Bij proceskostenvergoeding is het belang van rechtzoekende dus de hoogte van de opgelegde eigen bijdrage. Als die eigen bijdrage minder is dan € 500 dan wijs je (ook) af met tekstcode 219 (onvoldoende belang).
14. Aan te voeren gronden van feitelijke aard in bezwaarprocedure (zelfredzaamheid)
Als uit de toevoegaanvraag blijkt dat een aanvraag of verzoek is afgewezen of buiten behandeling is gesteld omdat rechtzoekende niet de gevraagde stukken/ informatie heeft verstrekt, dan wijs je de toevoegaanvraag voor het bezwaar af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid).
Als de advocaat bij de aanvraag gemotiveerd aangeeft dat sprake is van een inhoudelijk juridisch verweer kun je een toevoeging verstrekken. Bijvoorbeeld als het gaat om interpretatie van begrippen in wetgeving en rechtspraak.
LAT
De rechtsbijstandverlener kan een LAT aanvragen, als hij verwacht dat de zaak binnen 3 uur advies kan worden behandeld. Je toetst deze aanvraag aan dezelfde inhoudelijke criteria als een reguliere aanvraag. Wanneer alsnog blijkt dat de zaak niet binnen 3 uur advies kan worden behandeld kan de rechtsbijstandverlener verzoeken de LAT om te zetten naar een reguliere toevoeging.
Je vraagt niet actief of een rechtsbijstandverlener het met een LAT af zou kunnen als er om een reguliere toevoeging wordt verzocht.
Versie |
3.18
|
---|---|
Gewijzigd op | |
Punten |
9
|
Inhoudsopgave
- Benodigde stukken / informatie
- Toevoegbeleid
- Algemeen
- Mogelijke rechtsgangen
- Zaken die je codeert onder B010
- Bereik (geen afzonderlijke toevoeging)
- Herleefd beroep na gegrond hoger beroep
- Verzoek herziening onherroepelijke beslissing
- Termijn rechtsmiddel
- Wijziging gegevens BRP
- Wijziging van de geslachtsnaam
- Gebiedsverbod
- Wet openbare manifestaties
- Schadefonds geweldsmisdrijven
- Afbetalingsregeling / kwijtschelding (geen toevoeging)
- Geschillencommissie
- Uitzonderingen (niet toevoegen tenzij)
- 1. Voornemenprocedure
- 2. Beslissing Raad voor Rechtsbijstand
- 3. Voetbalwet
- 4. Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) / EMA
- 5. Wet Dwangsom
- 6. Incasso door CJIB als rijksincassobureau
- 7. Vrije tijd/hobby/huisdieren
- 8. Geschil onderwijsinstelling
- 9. Geschil Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
- 10. Klacht discriminatie
- 11. Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
- 12. Wet open overheid (WOO)
- 13. Bezwaar verrekenen proceskostenvergoeding
- 14. Aan te voeren gronden van feitelijke aard in bezwaarprocedure (zelfredzaamheid)
- LAT
- Wet- en regelgeving