Gebruik van standaard routeplanner voor reistijdvergoeding
Registratienummer |
202207204/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
21/1184
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Vaststellen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Raad voor Rechtsbijstand
|
Uitspraak |
Gegrond
|
Essentie
De reistijdvergoeding is voor twee reizen vastgesteld op basis van 99 km inzake de route Tilburg – ‘s-Hertogenbosch. Tussen de twee adressen zijn twee opties, de ene route is 49,6 km en de andere route 71,8 km. De berekende kilometers zijn gebaseerd op de API Google Maps die binnen mijnrvr wordt gehanteerd.
De rechtbank heeft geoordeeld dat niet onredelijk is dat de Raad gebruik maakt van een routeplanner maar niet altijd mag uitgaan van een vaste berekende afstand. Per geval moet worden gekeken of onverkorte toepassing van het beleid in dat geval onredelijk of onevenredig uitpakt. Hetgeen in deze zaak het geval is, naar oordeel van de rechtbank. De Raad heeft tegen de uitspraak hoger beroep ingesteld.
De Afdeling overweegt dat de Raad bij de berekening geen rekening hoeft te houden met de situatie op de weg tijdens het reismoment. Hetgeen inherent is aan een gestandaardiseerde werkwijze. Evenmin is het werkbaar om voor iedere aanvraag na te gaan wat de werkelijke verkeerssituatie was, nu tot vijf jaar na beëindiging van de werkzaamheden gedeclareerd kan worden. Dit is in combinatie met het aantal aanvragen per jaar ondoenlijk.
Bovendien heeft het vergoedingenstelsel een forfaitair karakter, dat geldt ook voor de vergoeding reistijd. Derhalve hoeven niet de daadwerkelijk gereden kilometers vergoed te worden. Er zijn dan ook geen aanknopingspunten dat onverkorte toepassing van het beleid in dit geval onredelijk is.