Verval van het procesbelang bij een reguliere aanvraag als een Atz is verstrekt
Registratienummer |
202301748/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
22/5844
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Alle rechtsterreinen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtsbijstandverlener
|
Uitspraak |
Ongegrond
|
Essentie
Namens rechtzoekende is een reguliere toevoeging aangevraagd voor het instellen van beroep tegen een besluit van de Raad. De aanvraag is op grond van zelfredzaamheid afgewezen. In het besluit is door de Raad verwezen naar de mogelijkheid van een ‘Adviestoevoeging zelfredzaamheid (Atz)’. Tegen dit besluit is bezwaar gemaakt. Tijdens de behandeling van het bezwaar is in de onderliggende beroepsprocedure uitspraak gedaan. In dezelfde periode is namens rechtzoekende ook een Atz aangevraagd en verstrekt voor de beroepsprocedure. Het bezwaar is niet-ontvankelijk verklaard omdat er geen procesbelang meer is bij de verkrijgen van een reguliere toevoeging.
De Afdeling bevestigd het standpunt van de Raad. Er is geen procesbelang meer omdat rechtzoekende op basis van de Atz gefinancierde rechtsbijstand had gekregen voor een procedure die al was beëindigd. Voor rechtzoekende waren er ook geen financiële of andere gevolgen als toch een reguliere toevoeging verstrekt was.
De Afdeling kan het ter zitting gevoerde betoog dat gemachtigde rechtzoekende kan factureren voor de extra werkzaamheden die niet zijn vergoed op grond van de Atz niet volgen. Een advocaat is gehouden om schade voor zijn client te beperken en dat is nagelaten door geen Toevoeging zelfredzaamheid (Tz) aan te vragen.