Verzoek verwijdering zoekopdrachten als schrijver zijnde
Registratienummer |
202002080/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
19/2653
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Alle rechtsterreinen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Ongegrond
|
Essentie
Een toevoeging is aangevraagd in verband met een hoger beroepsprocedure inzake een verzoek tot verwijdering van een aantal weblinks door Google. De websites zien op beschuldigingen van plagiaat en het vervalsen van academische titels en gaan ten koste van zijn beroep als schrijver.
De Afdeling is van oordeel dat het schrijverschap door de Raad terecht als een zelfstandig beroep is aangemerkt. Doorslaggevend daarbij is dat rechtzoekende zich sinds de jaren ’80 als professioneel schrijver presenteert, in het verzoekschrift staat dat hij schrijver van beroep is en de beschuldigingen een negatief effect hebben op zijn carrière. Niet is aannemelijk gemaakt dat de voortzetting van het beroep afhankelijk is van het resultaat van de aangevraagde rechtsbijstand. Evenmin wordt voldaan aan de tweede uitzondering nu hij ten tijde van de aanvraag nog werkzaam was als schrijver.
Met betrekking tot het gedane beroep op het vertrouwensbeginsel, nu er voor de eerste aanleg wel een toevoeging is verstrekt, wordt overwogen dat iedere aanvraag afzonderlijk moet worden beoordeelt. Van belang daarbij is dat de eerdere toevoeging is verleend op basis van High Trust. De toevoeging is niet bij een steekproefcontrole eruit gehaald, zodat de vraag of sprake is van een zelfstandig beroep toentertijd niet is beantwoord.