Zelfredzaam bij indienen klacht Regionaal medisch tuchtcollege
Registratienummer |
202004953/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
20/743
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Verbintenissenrecht
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Ongegrond
|
Essentie
De toevoeging is aangevraagd voor het indienen van een klacht bij een regionaal medisch tuchtcollege tegen een keuringsarts van de gemeente Groningen. De keuringsarts heeft rechtzoekende beoordeeld in het kader van een aanvraag van een gehandicaptenparkeerkaart voor het jaar 2018 en kwam tot de conclusie dat rechtzoekende niet in aanmerking kwam. Het tegen het besluit van de gemeente ingediende bezwaar werd toegekend en de gemeente concludeerde dat de keuringsarts zijn onderzoek niet zorgvuldig had verricht. Voor 2019 werd opnieuw een gehandicaptenparkeerkaart aangevraagd en beoordeeld door dezelfde keuringsarts, die verwees naar de eerdere beoordeling.
Rechtzoekende kan geacht worden zelfstandig, al dan niet met behulp van derden anders dan een advocaat, zijn belangen behartigen. Daarbij wordt voorop gesteld dat het niet om een rechterlijke procedure, maar om een laagdrempelige klachtprocedure waarbij toegankelijkheid vooropstaat gaat. Rechtzoekende kon zich daarbij beperken tot het betoog dat het advies van de keuringsarts tekortkomingen had en kunnen verwijzen naar het besluit op bezwaar van de gemeente waarin hetzelfde standpunt is ingenomen.
Van een zwaarwegend belang is evenmin gebleken. Dat er schade is geleden door het aanvankelijk niet verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart betreft geen omstandigheid zoals in het beleid van de Raad is bedoeld.