Vertrouwensbeginsel bij behandeling aanvraag extra uren
Registratienummer |
201902902/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
18/5114
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Extra uren toekennen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtsbijstandverlener
|
Uitspraak |
Gegrond
|
Essentie
In een arbeidsrechtelijk geschil zijn er viermaal extra uren toegekend. Vervolgens is opnieuw verzocht om extra uren voor een bezwaarprocedure en twee beroepsprocedures tegen besluiten van de werkgever.
Deze aanvraag is afgewezen op de grondslag dat de werkzaamheden niet onder het bereik van de toevoeging vallen. De omstandigheid dat er reeds eerder extra uren zijn toegekend maakt niet dat de Raad ook de vijfde aanvraag had moeten toekennen.
Uit het eerder toekennende besluit blijkt dat na afloop van de werkzaamheden bij de vaststelling een nadere inhoudelijke beoordeling zal plaatsvinden. Echter de Raad heeft naar aanleiding van de aanvraag om extra uren om nadere informatie verzocht en daarbij is aangegeven dat de werkzaamheden voor het bezwaar onder het bereik van de toevoeging vallen.
De Afdeling oordeelt dat hieruit redelijkerwijs kon en mocht worden afgeleid dat de extra uren rechtsbijstand voor de werkzaamheden van het bezwaar onder het bereik van de toevoeging vallen. Het beroep op het vertrouwensbeginsel slaagt derhalve.