Artikel 16 van de Wrb vereist niet dat voor buitenlandse advocaten de eis wordt gesteld dat zij moeten zijn ingeschreven bij de Nova om een beroep te kunnen doen op toepassing van de uitzonderingsbepaling zoals vervat in artikel 16 Wrb
Registratienummer |
201700162/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
16/2336
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Inschrijven
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Hoger beroep gegrond
|
Essentie
De gemachtigde van rechtzoekende is gerechtigd om in Duitsland zijn beroepswerkzaamheden uit te oefenen onder de benaming ‘Rechtsanwalt’ en moet dienovereenkomstig worden aangemerkt als advocaat op grond van artikel 1, tweede lid, van Richtlijn 77/249/EEG.
Artikel 16 van de Wrb vereist niet dat voor buitenlandse advocaten de eis wordt gesteld dat zij moeten zijn ingeschreven bij de Nova om een beroep te kunnen doen op toepassing van de uitzonderingsbepaling zoals vervat in artikel 16 Wrb. De uitleg van artikel 16 Wrb - dat een advocaat die niet staat ingeschreven bij de Raad als bedoeld in artikel 13 Wrb, in ieder geval wel is ingeschreven bij de Nova - verdraagt zich ook niet met artikel 4 van de genoemde Richtlijn. Ten onrechte is er niet toegekomen aan een oordeel of zich een bijzonder geval voordoet in de zin van artikel 16 Wrb omdat wel aan dit artikel getoetst mag worden doordat ook een buitenlandse advocaat een beroep kan doen op deze uitzonderingsbepaling. Zonder nadere motivering kan niet gesteld worden dat geen sprake is van een bijzonder geval als bedoeld in de Wrb.