Er mag in beginsel worden uitgegaan van het moment dat het bedrijf van rechtzoekende bij de KvK is uitgeschreven bij de beoordeling of een bedrijf minstens één jaar voor de aanvraag om gesubsidieerde rechtsbijstand is beëindigd. Verklaringen van rechtzoek
Registratienummer |
201701553/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
16/4487
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Alle rechtsterreinen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtsbijstandverlener
|
Uitspraak |
Hoger beroep ongegrond
|
Essentie
Bij de beoordeling of het bedrijf van rechtzoekende minstens één jaar voor de aanvraag om gesubsidieerde rechtsbijstand is beëindigd, mag in beginsel worden uitgegaan van het moment dat het bedrijf van rechtzoekende bij de Kamer van Koophandel is uitgeschreven.
Het is aan de advocaat om het standpunt, dat het bedrijf van rechtzoekende eerder is beëindigd dan het is uitgeschreven bij de KvK, naar voren te brengen en hiertoe gegevens uit een objectieve bron te overleggen. Dit geldt temeer omdat in de aanvraag om toevoeging was vermeld dat rechtzoekende tot eind 2012 zelfstandige was. Verklaringen van rechtzoekende en diens zus kunnen niet als gegevens uit objectieve bron worden aangemerkt. De verklaringen van de boekhouder hebben niet aannemelijk gemaakt dat de bedrijfsactiviteiten al in 2011 zijn gestaakt. Om die reden is er terecht van uitgegaan dat de tweede uitzonderingssituatie zoals genoemd in artikel 12, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wrb, zich hier niet voordoet.
Daarnaast ligt het op de weg van een advocaat om zich op de hoogte te stellen van de voorwaarden die verbonden zijn aan het High Trust-programma. Het komt voor rekening en risico van de advocaat dat deze voorwaarden voor de advocaat niet duidelijk waren ten tijde van de aanvraag om een toevoeging.