Ook in supersnelrechtzaken recht op toeslag gevangenneming of -houding
Registratienummer |
201604742/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
15/6718
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Vaststellen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Raad voor Rechtsbijstand
|
Uitspraak |
Hoger beroep gegrond
|
Essentie
Ook in supersnelrechtzaken bestaat recht op een toeslag voor de behandeling van een vordering gevangenneming of gevangenhouding. Dat een aparte categorie voor supersnelrechtzaken met een puntenaantal van 4 is opgenomen in de bijlage van het Bvr, betekent niet dat supersnelrechtzaken niet in aanmerking komen voor een toeslag. In de bijlage worden voor de daar genoemde soorten zaken alleen de basispunten genoemd. Dat, in afwijking van deze systematiek, voor de categorie supersnelrechtzaken geen toeslagen gelden, anders dan voor de andere in de bijlage genoemde zaken, blijkt niet uit het Bvr of de bijlage daarbij.
In beginsel heeft te gelden dat een advocaat redelijkerwijs geen proceskosten hoeft te maken ter zake van een procedure over een vergoeding van door hem verleende rechtsbijstand. Niet is gebleken dat deze zaak feitelijk of juridische zodanig complex is, dat in dit geval van dit uitgangspunt moet worden afgeweken. De enkele omstandigheid dat onderhavige procedure ook gevolgen heeft voor andere advocaten die rechtsbijstand verlenen bij supersnelrechtzaken is daartoe onvoldoende.