De Raad had het door rechtsbijstandverlener ingediende bezwaar dienen te begrijpen als mede ingediend namens de rechtzoekende
Jurisprudentie
Alle rechtsterreinen
Registratienummer |
201504745/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
14/8351
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Alle rechtsterreinen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Hoger beroep gegrond
|
Essentie
Het bezwaar tegen de afwijzing van een aanvraag om toevoeging is ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. De raad heeft niet uit het bezwaarschrift mogen afleiden dat rechtsbijstandverlener slechts voor zichzelf bezwaar heeft gemaakt, maar had het door rechtsbijstandverlener ingediende bezwaar dienen te begrijpen als mede ingediend namens de rechtzoekende. Dat rechtsbijstandverlener in het bezwaarschrift de bewoordingen ‘mijn aanvraag’ heeft gebruikt, moet worden begrepen tegen de achtergrond dat de digitale aanvraag tegenwoordig om praktische redenen slechts door de rechtsbijstandverlener wordt ingediend. Daar komt bij dat er geen enkel aan de rechtsbijstandverlener gericht besluit op diens aanvraag voorlag.