Geen toetsing aan inschrijvingsvoorwaarden bij last tot toevoeging

De vraag of de raad bevoegd is een door de rechtbank gegeven last tot toevoeging naast zich neer te leggen omdat de in de last vermelde advocaat niet is ingeschreven voor de daarvoor geldende specialisatie, moet ontkennend worden beantwoord. Onderscheid moet worden gemaakt tussen de situatie waarin de raad een door of namens rechtzoekende ingediende toevoegingsaanvraag afwijst omdat de advocaat niet voor het rechtsgebied staat ingeschreven en de situatie waarin de rechter gebruik maakt van zijn bevoegdheid ex art. 8 lid 3 Wet Bopz tot het geven van een last tot toevoeging van de raadsman. Uit de Wrb, de Wet Bopz en de Inschrijvingsvoorwaarden volgt niet dat de raad een door de rechter gegeven last tot toevoeging mag toetsen aan de deskundigheidsvereisten of dat de last slechts kan strekken tot toevoeging van een advocaat die door de raad is ingeschreven op het gebied van psychiatrisch patiëntenrecht.