Geen toevoeging voor een verzetprocedure tegen invorderingsmaatregelen van de Belastingdienst

De aanvraag om toevoeging voor het voeren van een verzetprocedure tegen door de Belastingdienst genomen invorderingsmaatregelen is terecht afgewezen omdat deze kennelijk van elke grond is ontbloot. Verzet tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel kan niet gegrond zijn op de stelling dat de belastingaanslag en onrechte of tot een te hoog bedrag is vastgesteld.

Rechtzoekende heeft geen grond gegeven voor een mogelijke toewijzing van het verzet. Dat aan de gevraagde toevoeging een langdurig geschil ten grondslag ligt met de Belastingdienst dat verband houdt met de afwikkeling van een faillissement, doet hier niet aan af.