Geen aangenomen bedrijfsmatig rechtsbelang bij kamerverhuur
Registratienummer |
201207545/1/A2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
11/8049
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Verbintenissenrecht
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Hoger beroep gegrond
|
Essentie
Rechtzoekende heeft een toevoeging aangevraagd voor het instellen van cassatie tegen een arrest dat ziet op een vordering tot schadevergoeding uit ongerechtvaardigde verrijking, wegens de door hem verrichte verbouwingen aan een door hem gehuurde woning.
Rechtzoekende heeft verklaard dat de woning door hem is verbouwd zodat hij kamers kon verhuren aan Poolse werknemers en daarmee geld kon verdienen. De toevoeging is afgewezen vanwege een bedrijfsmatig rechtsbelang. Rechtzoekende voert aan dat het verhuren van woningen geen zakelijke activiteit betreft en dat deze activiteit is vrijgesteld van inkomstenbelasting. Hij wordt gevolgd in zijn betoog.
De RvR (hierna: ‘de Raad’) heeft niet bij de Belastingdienst onderzocht hoe de activiteiten van rechtzoekende waren gekwalificeerd. Dat rechtzoekende een contract had met een uitzendbureau en een aanvang had gemaakt met kamerverhuur, is onvoldoende om een bedrijfsmatig karakter van deze activiteit aan te nemen. De Raad dient een nieuw besluit op de aanvraag te nemen.