Toevoeging afgewezen vanwege onvoldoende op geld waardeerbaar belang
Registratienummer |
0000
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
12/270, 12/273 en 12/274
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Alle rechtsterreinen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Hoger beroepen ongegrond
|
Essentie
Rechtzoekende voert een procedure tegen het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, dat weigert de kosten van een contra-expertise documentenonderzoek van € 445,- te vergoeden. De aanvragen voor toevoegingen voor deze procedure zijn terecht afgewezen, omdat het op geld waardeerbaar belang beneden de € 500,- blijft.
Het betoog dat de procedure in rechtstreeks verband staat met rechtzoekendes asielprocedure, en er daarom sprake van een zwaarwegend belang is, slaagt niet. De rechtbank heeft een correcte toetsing van de hardheidsclausule in art. 4 lid 7 Brt uitgevoerd. Gelet op het standpunt van de raad over zijn gezinsinkomen, lag het op de weg van rechtzoekende gegevens aan de rechtbank te overleggen over zijn financiële situatie. Dat hij dit niet heeft gedaan, komt voor zijn risico en rekening. De weigering toevoeging te verlenen is geen schending van het recht op een eerlijk proces en van het beginsel van equality of arms.
Adviezen van de bezwarencommissie leveren geen schending van het gelijkheidsbeginsel op, reeds omdat deze adviezen niet op een lijn kunnen worden gesteld met besluiten van de raad. De rechtbank is niet ten onrechte overgegaan tot finale geschilbeslechting.