Geen feitelijke complexiteit bij een echtscheidingsprocedure met nevenvorderingen
Jurisprudentie
Extra uren toekennen
Registratienummer |
201010905/1/H2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
09/1712 en 10/3324
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Extra uren toekennen
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtsbijstandverlener
|
Uitspraak |
Hoger beroep ongegrond
|
Essentie
Betreft aanvraag extra uren voor een echtscheidingsprocedure met nevenvorderingen. Het betoog van rechtzoekende, dat het forfaitaire stelsel dat de raad hanteert niet redelijk is omdat het tot een te laag uurloon zou leiden, gaat niet op. Dat bepaalde werkzaamheden weinig voorkomen, maakt op zichzelf niet dat een zaak feitelijk complex is. Dat vijf mondelinge behandelingen hebben plaatsgevonden en de Raad voor de Kinderbescherming een onderzoek heeft ingesteld evenmin. Ditzelfde geldt voor factoren die herleidbaar zijn tot de persoon van de rechtzoekende. De rechtbank is er terecht van uitgegaan dat het aan de rechtsbijstandverlener is aannemelijk te maken dat zijn zaak feitelijk complex is.