Geen bijzondere of feitelijke juridische ingewikkeldheid bij indienen bezwaarschriften tegen opgelegde belastingaanslagen
Registratienummer |
201005454/1/H2
|
---|---|
Hoger beroep tegen |
09/151, 19/152 en 09/154
|
Datum uitspraak | |
Rechtsgebied |
Belastingrecht
|
Instantie |
Raad van State
|
Appellant |
Rechtzoekende
|
Uitspraak |
Hoger beroep ongegrond
|
Essentie
Rechtzoekende heeft verzocht om toevoeging van een advocaat voor het indienen van bezwaarschriften tegen verscheidene aan hem opgelegde belastingaanslagen.
Uit hetgeen rechtzoekende heeft aangevoerd kan niet worden afgeleid dat sprake was van bijzondere feitelijke of juridische ingewikkeldheid van de zaken waardoor aanleiding bestond de gevraagde toevoeging te verlenen. Hierin is geen concreet aanknopingspunt te vinden voor het oordeel dat de gronden zodanig juridisch van aard zijn en te maken hebben met de toepassing of uitleg van rechtsregels, dat zij de zaken bijzonder ingewikkeld maken.
Voorts leidt de omstandigheid dat de Belastingdienst bij het opleggen van de aanslagen over de jaren 2003 en 2004 niet expliciet heeft vermeld waarom is afgeweken van de belastingaangiften niet tot het oordeel dat om die reden toevoeging van een advocaat gerechtvaardigd was, te minder nu de aanslagen zijn voorzien van een berekening waaruit kan worden afgeleid hoe de in de aanslagen vermelde bedragen tot stand zijn gekomen.