Bereik van een toevoeging bij hernieuwde behandeling aanvraag verblijfsvergunning

Gelet op de uitspraken 200902059/1 en 2009020heeft de RvR (hierna: 'de raad') de hernieuwde behandeling van de aanvraag om en verblijfsvergunning asiel kunnen aanmerken als de voortgezette behandelingen een procedure in één instantie waarvoor geen tweede toevoeging hoeft te worden verleend. Niet valt in te zin dat de gedragslijn strijdig is met de artikelen 28 en 32 van de Wrb, als kennelijk onredelijk is aan te merken of niet genoegzaam gemotiveerd is.

Het staat de raad vrij om een tot het moment van het nemen van een besluit gevolgde gedragslijn aan te scherpen, mits die aanscherping wordt voorzien van een deugdelijke motivering. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel wordt verworpen. Nu het door de raad gevoerde beleid met de invoering van het Handboek Toevoegen per 1 juli 2007 en de analoge toepassing daarvan op de hernieuwde behandeling van de aanvraag om een verblijfsvergunning is gewijzigd, zijn de gevallen waarvoor de raad vóór die datum toevoegingen heeft verleend, niet rechtens vergelijkbaar.