Inschrijving als bijzonder curator

Eiser stond voorwaardelijk ingeschreven als bijzonder curator. Voor definitieve inschrijving diende een schriftelijk examen en een assessment behaald te worden. Eiser heeft het laatst mogelijke (27 mei 2020) examen niet gedaan en de Raad heeft om die reden eiser per 1 juni 2021 uitgeschreven, na bezwaar is dit gewijzigd naar per 1 januari 2022. De rechtbank heeft dit bevestigd en gesteld dat voldoende duidelijk was dat einddatum 1 januari 2022 en niet 1 januari 2023 was. Verder is door de rechtbank overwogen dat er voldoende mogelijkheden waren voor behalen van het examen.

Ter zitting bij de Afdeling is door de Raad erkend dat regeling tot 1 januari 2023 liep, zoals ook in besluit tot voorwaardelijke inschrijving stond. De Afdeling gaat daarom verder niet in op de gronden over de overgangsregeling. Aangevoerd is dat door uit te gaan van verkeerde einddatum de examendata ten onrechte beperkt waren tot 26 januari 2021 en 27 mei 2021 er vanuit gegaan is dat het mogelijk was om tot 1 januari 2023 examen te doen. De Afdeling overweegt dat zij hierover geen oordeel kan geven nu het nieuwsbericht waarin de data genoemd zijn niet op rechtsgevolg is gericht en daarmee geen besluit. Voor dit feitelijk handelen van de Raad is uitsluitend de burgerlijke rechter bevoegd.