Invoering Sporen-AMvB per 1 januari 2022
Op 1 januari 2022 treedt de zogenaamde Sporen-AMvB in werking. Met deze Sporen-AMvB realiseert de Minister voor Rechtsbescherming een wijziging van het Besluit vergoeding rechtsbijstand (Bvr) en Besluit rechtsbijstand en toevoegcriteria (Brt). Via de Sporen-AMvB brengt het kabinet het Bvr en Brt in lijn met eerdere doorgevoerde wijzigingen in het Vreemdelingenbesluit voor de behandeling van de behandeling van aanvragen van bepaalde groepen van asielzoekers. In dit nieuwsbericht beschrijven we de aanleiding en gevolgen van de wijziging.
Aanleiding en inhoud wijziging
Op 1 maart 2016 is het Vreemdelingenbesluit gewijzigd. Die wijzigingen zagen op de invoering van het sporenbeleid in de asielprocedure. De Sporen-AMvB is een vervolg hierop en regelt de puntentoekenning in de sporen 2 en 3.
Spoor 2 van het sporenbeleid ziet op de versnelde afdoening van zowel aanvragen van asielzoekers die in een andere lidstaat van de Europese Unie internationale bescherming kunnen genieten (Dublinzaken), als op aanvragen van asielzoekers afkomstig uit een veilig land van herkomst (veiligelander). In de eerste situatie verklaart de IND de aanvraag niet ontvankelijk; de tweede situatie leidt tot ongegrondverklaring van het asielverzoek.
Voor de rechtsbijstand aan Dublinzaken kent de wetgever op basis van artikel 5a vierde lid van het Bvr een puntenaantal van 4 toe. Volgens de wetgever kent de behandeling van Dublinzaken procedureel zoveel overeenkomsten met die voor veiligelanders dat gerechtvaardigd is de puntentoekenning in beide procedures gelijk te trekken. Via deze Sporen-AMvB realiseert de wetgever deze gelijktrekking.
Spoor 3 van het sporenbeleid is bedoeld voor evidente kansrijke asielzoekers. De wetgever gaat er in deze zaken van uit dat de algehele situatie in een land van herkomst zodanig is dat er sprake is van een voorzienbare inwilliging van het asielverzoek. Gelet op de voorzienbaarheid van de inwilliging, is het volgens de wetgever niet nodig in deze zaken een toevoeging voor rechtsbijstand af te geven. Vandaar dat de Sporen-AMvB regelt dat artikel 8 van het Brt in die mogelijkheid van onthouding van rechtsbijstand voorziet.
Consequentie van wijziging
Deze Sporen-AMvB lag al enige jaren op de plank, maar is door het kabinet mede aangehouden vanwege onzekerheid over de stelselherziening rechtsbijstand. Nu scenario 1 van de Commissie Van der Meer op het punt van uitvoering staat, is er volgens het kabinet geen reden meer om de Sporen-AMvB nog langer op te houden. De Sporen-AMvB wordt daarom per 1 januari 2022 van kracht.
Voor spoor 3 heeft dat vooralsnog geen gevolgen. Dit spoor is op dit moment niet actief. . Er zijn nog geen spoor 3-zaken en het is niet de verwachting dat deze er binnen afzienbare termijn zullen komen. Daarentegen heeft deze Sporen-AMvB wel direct gevolgen voor de vergoeding voor rechtsbijstand aan veiligelanders. Die vergoeding daalt van 7 punten naar 4 punten. Als gevolg van de anticiperende beleidsregel Van der Meer bedraagt de feitelijke vergoeding in alle spoor 2-zaken met ingang van 1 januari 2022 echter geen 4 maar 6 punten. De werkinstructie van artikel 5a Bvr wordt per 1 januari aangepast gelijktijdig met de andere wijzigingen.