Subsidieregeling Startbijdrage mediation verlengd tot 1 januari 2030
De Raad voor Rechtsbijstand biedt sinds maart 2023 een subsidie aan (een startbijdrage) bij een verwijzing vanuit de rechtspraak van partijen die niet in aanmerking komen voor draagkrachtige (betalende) partijen naar een mediator. De staatssecretaris Rechtsbescherming heeft besloten om de regeling met ingang van 1 januari 2025 met vijf jaar te verlengen tot 1 januari 2030.
De rechtspraak, het ministerie van Justitie en Veiligheid en de Raad voor Rechtsbijstand hebben de huidige subsidieregeling geëvalueerd. De evaluatie gaat over het gebruik en het effect van de startbijdrage in de periode van 1 maart 2023 tot 1 september 2024.
Doel startbijdrage
Het doel van de startbijdrage is om partijen die niet voor een toevoeging in aanmerking komen, te stimuleren om deel te nemen aan een mediationtraject, voorafgaand of na de zitting. Dit draagt bij aan een efficiënte, effectieve en duurzame oplossing van hun geschil.
Bij toekenning van de subsidie zijn voor een betalende partij na een verwijzing vanuit de rechtspraak de eerste 2,5 uur van de mediation gratis. Na deze 2,5 uur rekent de mediator het eigen uurtarief dat hij/zij bij de Raad heeft opgegeven.
De subsidieregeling wordt blijvend gemonitord en aan de hand van formulieren geëvalueerd. In 2029 vindt een onafhankelijke evaluatie plaats aan de hand waarvan wordt beoordeeld of en zo ja, in hoeverre het wenselijk is, om de regeling voort te zetten.
De startbijdrage wordt vanaf 1 januari 2025 jaarlijks geïndexeerd. De startbijdrage bedraagt voor verwijzingen door het gerecht naar een mediator die hebben plaatsgevonden op of na 1 januari 2025 € 168 (exc. btw) per persoon met een maximum van € 336 (exc. btw).