Inhoudelijke wijzigingen in de inschrijvingsvoorwaarden 2025
De belangrijkste veranderingen in de voorwaarden hebben we voor u onder elkaar gezet.
Artikel 4.3 tweede lid Lager maximum aan toevoegingseenheden gedurende algemene inschrijving in de loop van een kalenderjaar.
In de inschrijvingsvoorwaarden is sinds geruime tijd opgenomen dat aan advocaten jaarlijks niet meer toevoegingen worden afgegeven dan het equivalent van 250 toevoegingseenheden. Dit maximum dient ertoe te voorkomen dat de kwaliteit van de rechtsbijstand in het gedrang komt, door onder meer het te snel en te veel aanvragen van toevoegingen of door het onvoldoende tijd en aandacht besteden aan zaken. Dit maximum van 250 toevoegingseenheden is gebaseerd op het aantal declarabele uren (1.200, verhoogd naar 1.500) binnen één kalenderjaar.
Ook op advocaten die zich in de loop van een kalenderjaar nieuw bij de Raad inschrijven was toe nu toe hetzelfde maximum van 250 eenheden van toepassing. Omdat deze advocaten niet gedurende het hele jaar bij de Raad staan ingeschreven, is het passend dat voor hen voor dat jaar een lager maximum geldt, naar rato van de duur van de inschrijving bij de Raad.
Om die reden is in het tweede lid van artikel 4.3 opgenomen dat wij in geval van algemene inschrijving van de advocaat in de loop van het kalenderjaar het maximum aantal toevoegingen voor dat kalenderjaar naar evenredigheid verminderen met de duur van inschrijving in dat kalenderjaar.
Wij bezien nog op welke wijze hier in de praktijk uitvoering aan kan worden gegeven, bijvoorbeeld door het voor de advocaat geldende maximum aantal eenheden te vermelden in het inschrijvingsbesluit van de Raad.
Artikel 6.24 Asiel- en Vluchtelingenrecht: wijziging begeleidingsvereisten
De begeleidingstrajecten voor de asielspecialisatie en deelname aan het AC rooster zijn geïntegreerd tot één begeleidingstraject voor de specialisatie asiel- en vluchtelingenrecht. Dit betekent dat enkel nog een verplicht begeleidingstraject geldt voor advocaten die zich inschrijven voor de specialisatie asiel- en vluchtelingenrecht. Het afzonderlijke begeleidingstraject voor deelname aan het AC-rooster komt te vervallen. Wij sluiten hiermee aan bij de gewijzigde asielpraktijk.
Aanleiding
Op dit moment is er sprake van een dubbeling in de begeleidingsvereisten voor de (omzetting naar de) onvoorwaardelijke asielspecialisatie en voor deelname aan het AC rooster.
Het huidige begeleidingstraject voor deelname aan het AC rooster sluit niet meer aan op de gewijzigde asielpraktijk. Vanwege de lange wachttijden voor asielzoekers koppelen wij asielzaken grotendeels vroegtijdig aan een advocaat en zijn er meer voorkeurszaken. Ook heeft de afgelopen jaren een verschuiving plaatsgevonden van gesprekken met de advocaat in het Aanmeldcentrum naar gesprekken op het advocatenkantoor. Hierdoor kan het huidige AC begeleidingstraject niet meer op dezelfde manier ingevuld worden. In de praktijk blijkt het niet altijd mogelijk om de nieuwe advocaat en de begeleider tegelijkertijd in te roosteren voor een AC-dienst.
In de huidige asielpraktijk is ten aanzien van de begeleiding weinig onderscheid te maken tussen asieladvocaten die wel en niet deelnemen aan het AC rooster. Daarom is gekozen voor één begeleidingstraject voor de specialisatie asiel- en vluchtelingenrecht.
Wat is er gewijzigd?
- Per 2025 geldt eenzelfde begeleidingstraject voor alle advocaten die zich voorwaardelijk inschrijven voor de specialisatie asiel- en vluchtelingenrecht. Nadat zij na 1 jaar het begeleidingstraject hebben afgerond kunnen zij onvoorwaardelijk ingeschreven worden na afgifte van een verklaring van geen bezwaar door de begeleider.
- Voor deelname aan het AC-rooster geldt geen afzonderlijk begeleidingstraject meer. Wel gelden voor nieuwe AC-advocaten nog steeds de vereisten van het volgen van een introductietraining AC en meelopen in een AA procedure.
Artikel 6.37 en 6.39 deskundigheidseisen bijzondere curatoren in 1:212 en 1:250 BW zaken
De Stichting Bijzondere Curator Nederland (Stichting BCN) houdt zich bezig met de bekwaamheid van bijzondere curatoren.
De Stichting speelt een belangrijke rol in de kwaliteitstoetsing van bijzondere curatoren. Zij organiseert het schriftelijk examen en de vaardigheidstoets die vereist zijn voor inschrijving als bijzondere curator in 1:212 en 1:250 BW zaken, houdt een kwaliteitsregister bij van bijzondere curatoren.
Om de kwaliteit van de bijzondere curator te waarborgen en te verbeteren kent de stichting BCN een verplichting voor permanente educatie. De stichting BCN biedt zelf ook opleidingen aan, is aanspreekpunt voor zaken aangaande de bijzondere curator en kent een tuchtrechtcommissie waar klachten over ingeschreven bijzondere curatoren kunnen worden ingediend.
De Raad heeft op dit moment in de inschrijvingsvoorwaarden enkel opgenomen dat de bijzondere curator die zich wil inschrijven bij ons de kennistoets en het assessment van de Stichting BCN moet hebben afgerond.
Gezien de belangrijke rol die de Stichting heeft in de kwaliteitsborging van de bijzondere curator, mede ook met het oog op de kwetsbaarheid van de kinderen die zij vertegenwoordigen, achten wij het wenselijk dat ook gewaarborgd is dat bijzondere curatoren die bij ons staan ingeschreven, ook blijvend bij de Stichting ingeschreven staan.
In de deskundigheidseisen voor voortzetting voor deze specialisaties is daarom opgenomen dat de bijzondere curator ingeschreven moet staan bij de Stichting Bijzondere Curator Nederland. De bijzondere curator schrijft zich per direct uit als bijzondere curator bij de Raad vanaf het moment dat de inschrijving bij de Stichting BCN eindigt. De Stichting BCN geeft dit eveneens, ter controle, aan ons door.